Disclaimer: deze transcriptie is geautomatiseerd omgezet vanuit audio en dus geen officieel verslag. Om de transcripties verder te verbeteren wordt constant gewerkt aan optimalisatie van de techniek en het intrainen van namen, afkortingen en termen. Suggesties hiervoor kunnen worden gemaild naar info@1848.nl.
Wetboek van Strafvordering (Boeken 5 en 6) (36327)
[0:00:00] Goedemiddag, welkom terug bij de bespreking van het wetboek van strafvordering... bij de Vaste Kamercommissie Justitie en Veiligheid.
[0:00:06] Vanaf de welkom wederom aan de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid... zijn ondersteuning en de regeringscommissaris.
[0:00:13] Nu bespreken wij boeken 5 en 6.
[0:00:16] En daartoe geef ik allereerst het woord aan mevrouw Moedler.
[0:00:18] Die spreekt namens GroenLinks PvdA.
[0:00:21] Dank u wel, voorzitter.
[0:00:24] Ik ben natuurlijk uitermate geïnteresseerd in boek 6.
[0:00:27] Ook naar aanleiding van een eerdere initiatiefnota over slimmer straffen van jeugdigen.
[0:00:33] Maar voordat ik op die punten inga, wil ik eerst beginnen met boek 5.
[0:00:38] En met de opmerking die ik wil maken ten aanzien van de nieuwe vormgeving van het hoger beroep.
[0:00:44] Want volgens het voorstel gaat het gerechtshof zich vooral buigen over de door de verdediging ingebrachte bezwaren tegen het vonnis in eerste aanleg.
[0:00:52] En ik snap dat, want het voorkomt onnodige lange zaken... als je je tot de kern van het hoger beroep kunt beperken.
[0:01:00] Het kan dus goed uitpakken.
[0:01:02] En dan denk ik daarbij ook aan de verdachte die bijgestaan wordt door een raadsman.
[0:01:06] Maar heeft die verdachte die echter niet... dan bestaat het risico dat er geen adequate bezwaren worden geformuleerd... en het vonnis in eerste aanleg nauwelijks nog aangevoegd kan worden... en daardoor in stand wordt gelaten...
[0:01:19] En het hoge beroep strandt dan vanwege gebrek aan het vermogen van de verdachte om zich goed te kunnen verdedigen.
[0:01:25] Ik weet het, in de meeste gevallen zal zeker bij zo'n hoge beroep weliswaar een raadsman zijn.
[0:01:32] Of in ieder geval omdat hij aangewezen wordt in dat geval van een minderjarige of kwetsbare verdachte.
[0:01:39] Maar in de gevallen dat een verdachte zelf die verdediging wenst te voeren... of geen recht op gesubsidieerde rechtsbijstand heeft en zelfs geen advocaat kan betalen...
[0:01:48] kan hij zwakker komen te staan.
[0:01:50] En dan is de verdachte afhankelijk van het gerechtshof... om ervoor te zorgen dat de verdachte de informatie verstrekt... die voor zijn verdediging nodig is.
[0:01:58] Maar ik vind, voorzitter, vandaar ook de volgende opmerking... dat dat gewoon heel erg kwetsbaar wordt.
[0:02:06] Ik denk dat verplichte bijstand ook in hoger beroep eigenlijk voor iedereen het beste zou zijn.
[0:02:13] Wat zich daartegen verzet is dat erop neerkomt dat de overheid dit voor iedereen zou moeten gaan betalen, denk ik.
[0:02:20] Mede vanwege die financiële consequenties komt die verplichting er daarom niet.
[0:02:25] En ik wil eigenlijk aan de staatssecretaris vragen of hij bereid is om die financiële consequenties hiervan goed in kaart te brengen.
[0:02:33] Wellicht kan hij daar nu al iets over zeggen en zo niet.
[0:02:36] Vraag ik hem of hij mij schriftelijk kan informeren voor het plenaire debat... wat de gevolgen kunnen zijn van een verplichte rechtsbijstand in hoger beroep.
[0:02:45] Omdat, nogmaals, ik denk dat dat wijs en verstandig is... en ik de afweging van dit kabinet, zeker ook gelet op die financiën, goed wil snappen.
[0:02:56] Daarnaast zou er vanaf de invoering van het nieuwe hoger beroepsstreng gemonitord moeten worden wat de gevolgen zijn voor de verdachte zonder raadsman.
[0:03:04] Ik wil van de staatssecretaris vragen hoe hij dat zelf ziet.
[0:03:09] Voorzitter, dan een wat technischer punt.
[0:03:12] Misschien zit daar ook een wat principiële kwestie onder.
[0:03:15] Dan heb ik het over het schrappen van de mogelijkheid om in cassatie te gaan tegen veroordelingen op grond van delicten die in verordeningen van gemeenten en van provincies staan.
[0:03:26] Wat voor deze schrapping pleit is dat er nooit van deze mogelijkheid gebruik is gemaakt tot op heden.
[0:03:31] En het nu niet in de systematiek van de nieuwe wet komt te passen.
[0:03:35] Twee eerdere pogingen om deze mogelijkheid te schrappen zijn door de Kamer in het verleden door amendementen tegengehouden.
[0:03:42] Wat nu nieuw is, is dat er geen sprake is van een kale schrapping.
[0:03:46] Maar daar in de plaats komt de prejudiciële toets die voor deze cassatiemogelijkheid als het ware in de plaats kan komen.
[0:03:54] En de rechter kan dan aan de Hoge Raad vragen stellen over de uitleg van een rechtsregel.
[0:03:59] Dus ook...
[0:04:00] als het gaat om een gemeentelijke verordening.
[0:04:02] En dat kan volgens mij wel in het belang zijn... als het gaat over de bescherming tegen niet toegelaten beperkingen... van grond- en mensenrechten.
[0:04:11] Zoals bijvoorbeeld de uitingsvrijheid.
[0:04:12] Denk aan het demonstratierecht of het handhaven van de openbare orde.
[0:04:17] En ik denk dat dat best wel actuele onderwerpen zijn... waar je wel veel meer rekening mee moet gaan houden.
[0:04:24] En daarom is mijn pleidooi...
[0:04:27] het instand houden van die cassatiemogelijkheid.
[0:04:30] En om dat ook weer goed te kunnen inschatten... zouden we, denk ik, nu al inzicht moeten kunnen hebben... over hoe die prejudiciële toets daarvoor gebruikt gaat worden.
[0:04:40] Er is een pilot geweest in de innovatiewet...
[0:04:43] Maar er is nog maar weinig en beperkt ervaring opgedaan met die judiciële toets.
[0:04:48] En al helemaal niet als het gaat over de uitleg van gemeentelijke verordeningen.
[0:04:52] Kortom, mijn vraag is, kan de regering uitleggen waarom de mogelijkheid tot het stellen van een prejudiciële vraag... een afdoende alternatief is voor het schrappen van de cassatiemogelijkheid...
[0:05:06] En mijn vraag is, wat kan cassatie in het belang van de wet betekenen in het geval er discussie is over een gemeentelijke verordening die bijvoorbeeld, ik noem maar gelijk het meest actuele, het demonstratierecht, te veel zou beperken?
[0:05:22] Dat over boek 5.
[0:05:24] Ik ga nu naar boek 6, voorzitter, met uw permissie.
[0:05:27] En dan wil ik beginnen met een voor mij zeer belangrijk onderwerp, namelijk de jeugdigen die strafbare feiten plegen.
[0:05:34] Ook al lijkt het in aantallen jeugdige criminelen beter te gaan dan jaren geleden, het blijft een hardnekkig fenomeen dat voor grote problemen zorgt voor de samenleving en met name de kinderen zelf, waarvan we weten dat ze tot hun 25ste in ontwikkeling zijn als het gaat om hun brein.
[0:05:51] Maar ik denk ook met name aan de kwetsbare jongeren in moeilijke buurten of opvoedingssituaties.
[0:06:00] Met het programma preventie met gezag probeert het kabinet te voorkomen dat jongeren terechtkomen en vast blijven zitten in een criminele carrière.
[0:06:07] En ik ben fan van het preventie met gezag.
[0:06:11] Goed dat die wordt uitgebreid.
[0:06:12] Het is wel belangrijk dat we die zaken die goed gaan uitrollen landelijk.
[0:06:17] Maar het kan nog steeds niet voorkomen dat jongeren toch over de scheef gaan en strafbare feiten plegen.
[0:06:22] En dat vraagt in mijn beleving om een reactie waarbij strafvordelijke procedures helaas nodig zijn en jeugdstraffen in beeld komen.
[0:06:30] Bij jeugdstrafrecht zou het bestraffen van de dader echter niet voorop moeten staan.
[0:06:35] Het streven is, zeker als het gaat om jeugdigen... een pedagogisch karakter met als doel... kinderen die nog in ontwikkeling zijn bij te kunnen sturen... op het rechte pad te houden en te brengen...
[0:06:46] dat het jeugdstrafrecht zich van het volwassenstrafrecht... juist onderscheidt door het pedagogisch uitgangspunt.
[0:06:53] Dat is weliswaar een uitgangspunt, maar zo is het niet verankerd in ons wet.
[0:06:58] Hoewel, als je kijkt naar de internationale verdrag... in dit geval het internationale verdrag voor de rechten van het kind... die bepaalt dat onder andere dat een verdacht kind... een pedagogische benadering moet krijgen, rekening...
[0:07:11] waarbij je rekening moet houden met de leeftijd van het kind en het zoveel mogelijk buiten strafrechtelijke procedures houden daarvan.
[0:07:22] Het opsluiten van kinderen is dan alleen nodig als ultimum remedium, als laatste redmiddel, als de daad, de persoonlijkheid van het kind en de leeftijd daartoe noodzaken.
[0:07:32] Om dat uitgangspunt kracht te zetten, vind ik dat er meer gebruik moet worden gemaakt van de alternatieven voor straf.
[0:07:39] Daarom heb ik samen met collega Van Nispen een amendement ingediend om herstelrecht voor minderjarigen te bevorderen.
[0:07:48] En daarmee niet alleen recidieven te voorkomen, maar ook het leed die dit soort gedragingen veroorzaken bij slachtoffers, om die te verminderen.
[0:08:00] Waardoor herstelrecht dus meer als nu het geval is als uitgangspunt wordt genomen in plaats van de terechtzitting en de vrijheidsstraf.
[0:08:07] En ik wil graag van de staatssecretaris horen hoe hij hiernaar kijkt.
[0:08:12] Kijk, ik snap dat je niet alles met het herstelrecht kunt oplossen.
[0:08:16] Dat zou ik wel willen, maar zo zit de wereld er niet... Nou, zo zit het niet in elkaar.
[0:08:24] Die sancties zullen altijd nodig zijn om jonge verdachten toch voor de rechter te laten verschijnen.
[0:08:32] Maar als dat gebeurt, moet dat ook zo zorgvuldig mogelijk gebeuren.
[0:08:36] Zeker als er zware straffen boven hun hoofd hangen.
[0:08:39] Nu staat er in boek 6 een voor mij nogal in het oog springende en verstrekkende wijziging.
[0:08:44] En dat gaat erom dat de kinderrechter als alleenzittend rechter bevoegd wordt tot het opleggen van een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf tot zes maanden.
[0:00:00] 6.1.17 lid 2.
[0:08:59] En hiermee lijkt het wettelijk mogelijk te worden dat deze rechter als straf bij 12 tot met 15 jarige verdachten een jeugddetentie van een jaar waarvan zes maanden voorwaardelijk en bij 16 en 23 jarigen twee jaar waarvan 18 maanden voorwaardelijk kan opleggen.
[0:09:15] Ik vind dat best wel een stevige verzwaring ten opzichte van de huidige mogelijkheden.
[0:09:21] Nu kan de kinderrechter geen langere vrijheidsstraf dan zes maanden opleggen.
[0:09:26] In totaal, ongeacht of deze straf deels of voorwaardelijk wordt opgelegd.
[0:09:30] Mijn vraag is, waarom is dit nodig bij jeugdigen?
[0:09:34] Want ik zou liever zien dat als het om dergelijke, zeker voor kinderen zware straffen gaat... er meer rechters ernaar gaan kijken.
[0:09:42] Het is niet voor niets dat bij de politierechterzaken voor volwassenen... de alleenzittende rechter maar maximaal een jaar mag opleggen in totaal.
[0:09:51] En ik wil van de bewindspersoon horen waarom hij dus anders besluit in deze kwestie.
[0:09:57] Want anders overweeg ik in de grandfinaal tijdens de plenaire behandeling een amendement hierop.
[0:10:05] Even een interruptie van de heer Elion.
[0:10:06] Ja, want ik was aandachtig aan het luisteren.
[0:10:10] Collega Muttler is klaar met het toelichten van het amendement.
[0:10:13] Want daar had ik nog wat vragen over.
[0:10:17] Even kijken, het amendement heb ik voor me gehaald.
[0:10:20] Voorzitter, er valt veel te zeggen over, laat ik het zo zeggen, je kan echt een fundamenteel debat voeren over hoe zou je jeugdigen...
[0:10:34] In het strafrecht, hoe zou je daarnaar moeten kijken?
[0:10:37] Of nog specifieker, wil je überhaupt dat ze in het strafrecht komen of niet?
[0:10:41] Dat is misschien nog wel de betere.
[0:10:42] Ik denk niet dat dit debat daar helemaal de juiste plek voor is.
[0:10:49] Maar ze staan mij op op te merken.
[0:10:51] En die opmerking heb ik ook gemaakt naar uw collega Lala.
[0:10:53] Ik ben in alle gevangenissen in Nederland geweest, in Amerika en Italië.
[0:10:56] Ik heb me nergens zo onveilig gevoeld als in de jeugdgevangenis in Nederland.
[0:11:02] Empirisch zeg ik maar, dat loopt uiteen met de omschrijving die ik vaak hoor van GroenLinks-PvdA.
[0:11:09] Waarmee ik niet wil zeggen dat die omschrijving fout is.
[0:11:11] Maar de types die ik daar zag waren volgens mij niet de types waar mevrouw Mutler het nu over is.
[0:11:16] Maar nu voorzitter het amendement.
[0:11:17] Wat me opvalt is in let 3, en dat is ook een amendement van u overigens voorzitter.
[0:11:20] Wat me opvalt is dat vrij specifiek het Openbaar Ministerie en de rechter...
[0:11:27] wordt voorgeschreven hoe te oordelen en hoe te vorderen.
[0:11:31] En dat valt me op, want dat is niet iets wat ik deze leden normaal zie doen.
[0:11:35] Sterker nog, normaal zijn deze leden vrij kritisch op andere collega's... die er nu niet zijn, maar die dan beweren dat het OM iets zou moeten.
[0:11:45] Dus kunnen jullie daar een toelichting op geven?
[0:11:50] En waarom is het amendement zo dwingend?
[0:11:56] Is er niet een andere manier om toch herstelrecht een betere plek te geven dan nu in het wetboek?
[0:12:04] Maar ook weer niet zo dwingend dat het een keihard uitgangspunt wordt.
[0:12:10] Ik ben benieuwd naar de antwoorden.
[0:12:13] Laat ik vooropstellen dat ik eigenlijk heel blij ben met deze constructieve bijdrage van mijn collega.
[0:12:18] We hebben weleens discussie over herstelrecht en ik weet dat collega Eliaan daar anders naar kijkt.
[0:12:25] Het uitgangspunt is dat we willen dat jeugdigen zoveel als mogelijk slim en effectief worden gestraft.
[0:12:32] Zodat ze niet opnieuw de fout intreden.
[0:12:36] En ik denk dat collega Elia en ik elkaar daar absoluut in vinden.
[0:12:39] Want het recidieve gedrag, ook in die heftige jeugdgevangenissen waar hij en ik zijn geweest, bedraagt 60 procent.
[0:12:47] Dat vind ik gewoon schrikbarend hoog.
[0:12:50] En ik heb niet het idee dat die jeugdigen, ook gelet op de inspectierapporten, echt beter worden in die gevangenissen.
[0:12:56] Dus we zijn aan het nadenken over hoe je in ieder geval een deel van die jongeren, dan heb ik het niet over die hele zware en ernstige delicten zoals moord of zedendeliquenten,
[0:13:08] maar een deel van de jongeren op een andere wijze op het rechte pad kan krijgen.
[0:13:13] En dan kan herstelrecht een belangrijke rol daarin spelen.
[0:13:17] En wat wij expliciet in dit amendement hebben gedaan... is om in ieder geval de Raad voor de Kinderbescherming... een belangrijke rol geven om te onderzoeken... of het überhaupt handig is om herstelrecht of mediation in te zetten.
[0:13:31] En daar dus de officier van justitie en de...
[0:13:34] daaromtrent te adviseren.
[0:13:38] Maar ik had al een vermoeden dat de heer Elian... op lid drie de nodige vragen zou hebben.
[0:13:47] Kijk, in theorie...
[0:13:49] kan ik hem ook omdraaien als gewoon de ernst van het feit, de persoon van de verdachte of de omstandigheden waaronder het feit is begaan, dat niet toelaat.
[0:14:01] Dan leidt een geslaagde mediation of herstelconferentie niet tot een bepaalde voorwaardelijke CEPO of et cetera.
[0:14:12] Uiteindelijk is het nog steeds aan de rechter om die beslissing te nemen.
[0:14:16] Dus we willen niks opleggen.
[0:14:18] Het enige wat we hebben trachten te doen... is een mogelijkheid creëren om een mediation of een herstelconferentie... toe te passen bij bepaalde type delicten die zich daarvoor lenen.
[0:14:30] Want ik durf nu te zeggen dat niet alle misdrijven zich... of in ieder geval misdrijven, moord, doodslag, zedendeliquenten... dat leent zich daar misschien niet voor...
[0:14:41] Soms ook wel, hè.
[0:14:42] Want ik kan me heel goed voorstellen... misschien is dat een hele lange bijdrage, voorzitter, als interruptieantwoord.
[0:14:50] Soms kan ik me wel voorstellen dat ook nabestaanden het heel fijn vinden... ook in hun herstel, om met een verdachte, met een dader het gesprek te voeren.
[0:15:01] Dus die mogelijkheid moet er altijd zijn.
[0:15:03] Maar...
[0:15:05] Uiteindelijk is het nog steeds aan de rechter... om op basis van de uitkomsten van een mediation... een bepaalde afweging te maken.
[0:15:15] En dat hebben we proberen te opschrijven.
[0:15:17] Maar als collega Elian zegt... als jullie dit veranderen, dan krijg je me mee... dan ben ik best bereid, samen met collega Van Nispen... om te kijken hoe we dat amendement kunnen aanpassen.
[0:15:29] De heer Elian.
[0:15:32] Dank, voorzitter.
[0:15:34] De eerlijkheid gebied te zeggen, zeg ik via u tegen mevrouw Moeteloer...
[0:15:40] Ik denk om mij mee te krijgen, waarbij ik alle waardering heb voor elke collega die tijd en moeite steekt in een amendement.
[0:15:48] Maar kijk, in lid 1 bijvoorbeeld, dat is al dwingend geformuleerd.
[0:15:55] Bovendien wordt de Raad voor de Kinderbescherming opeens geïntroduceerd.
[0:15:58] Nou ben ik geen woordvoerder jeugdigen en jeugdzorg en dat soort zaken, maar...
[0:16:06] Waarom de Raad voor de Kinderbescherming?
[0:16:07] De meest geeigende partij zou hier reclassering of jeugdreclassering zijn.
[0:16:11] Zoals ook nu de huidige werkwijze is.
[0:16:13] Dat bijvoorbeeld bij toepassing adolescentenstrafrecht de reclassering een advies moet geven.
[0:16:18] Maar dan lid 2.
[0:16:18] De officier van justitie of de rechter onderzoekt ambtshalve.
[0:16:21] Nou, dus dat is dwingend.
[0:16:22] Of een herstelconferentie mogelijk is.
[0:16:24] Maar oké.
[0:16:26] En als het slachtoffer niet wil.
[0:16:28] De positie van slachtoffer moet altijd door slaggevend zijn of nabestaande.
[0:16:32] En dan lid 3.
[0:16:35] Die verwonderde mij wel.
[0:16:40] Waar eigenlijk gewoon een voorschrift aan het OM en de rechter wordt gegeven.
[0:16:45] En dan lid 4, uitsluitende vrijheidsbenemende sanctie... voorafgegaan door een advies van de Raad voor de Kinderbescherming.
[0:16:52] Als je het hebt over majeure wijzigingen en techniek... dan zou ik deze... Ik vind dit wat voorgesteld wordt... en daar is dit wetgevingsoverleg voor.
[0:17:00] Dit is echt...
[0:17:01] Dit is geen klein amendement, zeg ik maar even.
[0:17:04] Dit is echt fors.
[0:17:07] Waarbij ik dus niet meteen sta te springen... waarbij ik me wel kan voorstellen dat je ergens inbouwt... dat bij jeugdigen, die overigens hele ernstige delicten kunnen plegen... en ik zeg maar ook even voor alle wetenschappers die luisteren... de groep jeugdigen die nu explosieven aan deuren hangen...
[0:17:24] Nee, die zijn van 23 en 24.
[0:17:26] Die zijn nog niet meegenomen in alle WODC-onderzoeken.
[0:17:29] Dus ik ben ook wel benieuwd hoe die onderzoeken er over twee jaar uitzien.
[0:17:32] Maar ik snap best dat je wil kijken naar een ander soort interventie.
[0:17:36] Maar ik weet niet of dit amendement de goede manier is.
[0:17:39] Mevrouw Moedurgen.
[0:17:41] Ik geloof hier wel in.
[0:17:42] En ik weet dat ze in Scandinavië hier hele goede ervaringen mee hebben.
[0:17:47] Daar hebben ze herstelrecht echt in het wetboek opgenomen als zijnde straf.
[0:17:53] En dat heeft geleid tot recidieve cijfers van 20%.
[0:17:56] Het doel is uiteindelijk dat wij proberen om jeugdigen... waarvan de hersenen zich ontwikkelen tot een 25ste... en die dus inderdaad hele stomme keuzes kunnen maken in hun leven... ook mede gelet op de sociaal-economische achterstanden die meespelen.
[0:18:13] Daarom hebben we de preventie met gezagprogramma's.
[0:18:17] Dat je anders kijkt naar de wijze waarop we ze nu straffen.
[0:18:21] Want ik denk dat dat beter kan.
[0:18:25] En wij denken dat mediation daar een belangrijke rol in kan spelen.
[0:18:30] Ook in internationale verdragen worden overigens jeugdexperts, in dit geval bij ons de Raad voor de Kinderbescherming, gevraagd om advies te geven.
[0:18:40] Ook bijvoorbeeld bij voorlopige hechtenissen.
[0:18:42] Daar hebben we een beetje dit amendement op gestoeld.
[0:18:46] En nogmaals, ik ben echt bereid, samen met collega Van Ispen... om te kijken hoe we dan, naar aanleiding van dit debat... nog moeten sleutelen aan dit amendement.
[0:18:54] Maar het uitgangspunt is en blijft... we moeten effectiever een ander straffen.
[0:18:59] En dit kan daar een bijdrage aan leveren.
[0:19:01] Zonder op de stoel van de rechter te zitten.
[0:19:04] Vraag nog van de heer Kops.
[0:19:07] Dank u wel, meneer de voorzitter.
[0:19:09] Nog steeds naar aanleiding van het amendement over herstelvoorzieningen...
[0:19:15] Ik kijk naar dit amendement, laat ik zeggen, welwillend.
[0:19:19] Maar ik heb daar wel bij de vraag aan mevrouw Mutluur...
[0:19:24] Hoe staat mevrouw Mutluur over ten opzichte van het verhogen van straffen in het jeugdstrafrecht voor de echt dood ernstige gevallen?
[0:19:33] Want ik probeer hier twee dingen tegen elkaar af te zetten.
[0:19:36] Het geval waarin een minderjarige in de eerste plaats didactisch moet worden aangepakt en pedagogisch moet worden aangepakt.
[0:19:42] Dat is bij het soort van delict dat zich daarvoor leent.
[0:19:45] Maar je hebt natuurlijk ook delicten die kunnen worden gepleegd door minderjarigen waarbij echt een hele zware straf simpelweg op hun plek is.
[0:19:52] Hetzelfde geldt ook voor de toepassing van het adolescentenstrafrecht op meerderjarigen.
[0:19:58] Je kan je voorstellen dat dat uitgebreider moet worden gemotiveerd... omdat de didactische en pedagogische doelen bij het straffen van minderjarigen... niet doorwerken in die gevallen waarin iets doodernstigs gebeurt.
[0:20:12] Dus als ik dat allemaal afzet tegen het amendement... dan is de vraag om toe te lichten hoe die twee dingen zich tot elkaar verhouden.
[0:20:20] Mevrouw Moedeloer.
[0:20:23] Voor mij is nog hoger straffen, zoals dat ook in het regeerprogramma staat, niet de oplossing van het probleem sterker nog.
[0:20:31] Dat is denk ik meer een principiële discussie.
[0:20:34] Ik ben daar geen groot voorstander van, omdat ik denk, gelet ook op de overvolle gevangenissen en alle inspectierapporten waar ik het net over had, die zeggen, nou jongens, deze jongeren gaan de jeugdgevangenissen in, maar die gaan er slechter uit.
[0:20:49] Vanwege beperkte capaciteit en weinig mogelijkheden om intern ze zodanig op het rechte pad te krijgen dat ze daarna niet meer in de fouten treden.
[0:21:03] En we hebben inderdaad het volwassen strafrecht, wat overigens toegepast kan worden bij verdachten in de leeftijd van 16 tot 18 jaar op het moment dat het gaat om hele ernstige zaken.
[0:21:15] Detentie blijft mogelijk, maar...
[0:21:20] Ik denk dat hoge straffen niet het doel moet zijn.
[0:21:27] En ik denk ook niet dat je daarmee standaard de samenleving veel beter en veiliger maakt.
[0:21:33] Ik weet niet of ik daarmee een antwoord geef op de vraag.
[0:21:37] De heer Koops nog.
[0:21:40] Dank u. Dat is een gedeeltelijk antwoord.
[0:21:42] Maar ik probeer gewoon voor mezelf op een rijtje te zetten hoe een eventueel steunen van dit abonnement zich verhoudt tot een voornemen om wel degelijk zwaarder te straffen in voorkomende gevallen.
[0:21:53] En ik wil eraan toevoegen dat ik de overtuiging heb dat dat in sommige gevallen echt op hun plek is.
[0:21:58] Dus zwaarder te straffen dan nu mogelijk is.
[0:22:00] Mevrouw Moedler.
[0:22:01] En die snap ik.
[0:22:02] Vanuit NSC snap ik hem.
[0:22:07] Alleen gaan deze zaken met name over andere soorten delicten... die niet altijd zo ernstig zijn... waar je een nog hogere straf heel erg redelijk vindt.
[0:22:25] Dus eigenlijk gaat het meer om dat middengroepje die ongrijpbaar is en die in mijn beleving dus ook vaker recidiveert.
[0:22:35] En daar zouden we eventueel mediation en herstelrecht beter op kunnen loslaten en toepassen.
[0:22:45] Dan ga ik verder met een laatste punt.
[0:22:47] Dat gaat namelijk over de voorlopige hechtenis van minderjarigen.
[0:22:50] Dus ik blijf hier nog even bij dit onderwerp.
[0:22:54] Veel experts, maar ook ik, zijn van mening dat het voorarrest van jeugdige verdachten slechts als uiterste maatregel en voor de kortst mogelijke passende duur mag worden toegepast.
[0:23:04] En ook het OM en de reclassering onderstrepen het belang om dit ultimum remedium als uitgangspunt uitdrukkelijk in de wet op te nemen als het gaat om de voorlopige hechtenis van jeugdige verdachten.
[0:23:15] Dat geldt ook voor het ophouden van verhoor, de inverzekeringsstelling en de voorloopgehechtenis.
[0:23:20] Dit uitgangspunt staat wel in de memorie van toelichting, maar waarom niet in de wet?
[0:23:26] En ook het beleidsuitgangspunt.
[0:23:28] Geen overnachting van een minderjarige in een politiestel, tenzij staat er in de wet.
[0:23:34] Waarom niet?
[0:23:42] Zeg ik het nou goed?
[0:23:43] Ik raak zelf in de war van mijn eigen... U snapt hem wel, hè?
[0:23:46] Volgens mij staat er geen overnachting van een minderjarige in een politiestel als uitgangspunt.
[0:23:51] Maar ook dat staat weer niet in de wet.
[0:23:54] Wel staan in het wetsvoorstel dat het ophouden van voorverhoor... en de inverzekeringstelling van een jeugdige verdachte... op elke geschikte locatie ten uitvoer kan worden gelegd.
[0:24:04] En eigenlijk is mijn vraag, is dat dan de garantie dat een jeugdige niet...
[0:24:08] in een politiecel komt.
[0:24:11] En tot slot, voorzitter, waarom geen jeugdspecifieke termijnen voor voorlopige hechtenis?
[0:24:17] En waarom kunnen volgens het wetsvoorstel jeugdigen, net zoals volwassen verdachten... nog altijd zes dagen en achttien uur in een politiecel vastgehouden worden?
[0:24:26] Terwijl dat in mijn beleving niet in lijn is met de VN-richtlijnen daaromtrend.
[0:24:32] Dus ik hoop op een goede uitleg.
[0:24:34] Anders overweeg ik ook op dit punt bij het plenaire debat, voorzitter, een amendement.
[0:24:40] Dank u wel.
[0:24:41] Dan gaan we... Ik denk nu eerst luisteren naar de heer Elian van de VVD.
[0:24:45] Dat gaan we doen in het verlengde...
[0:24:49] Een groot deel van het betoog van mevrouw Mutler... wat ik dus niet helemaal onderschrijf als het gaat om de positie van jeugdigen... daar debatteren we op allerlei momenten uitvoerig over.
[0:25:00] Overigens, in Zweden was het veiligheidsgevoel... nooit zo slecht als nu bij de mensen, juist vanwege jeugdbenden.
[0:25:04] Dus je kunt er op een heleboel manieren naar kijken.
[0:25:06] Maar in het licht van...
[0:25:09] Mevrouw McLaren zei Scandinavië, waar Zweden onder valt.
[0:25:12] Maar in het licht van de jeugdige, dacht ik om iedereen te verrassen, heeft de VVD daar wel een amendement op voorbereid.
[0:25:20] Omdat als je het hebt over de jeugdige, ook dat is een natuurlijk gegeven.
[0:25:25] Dat als je daar succesvol wil interveneren, je in de regel wel een poging moet doen om de ouders erbij te betrekken.
[0:25:34] Sommigen zijn zo ver gegaan dat de ouders zelfs een boete moesten krijgen.
[0:25:41] Mijn fractie heeft het volgende voorzitter.
[0:25:45] De voorgestelde wetsbepaling luidt al dus dat de rechter 6.1.42, lid 2, de rechter kan de medebrenging van de ouder bevelen.
[0:26:00] En dat is dan in de situatie, ga ik ervan uit, dat de opgeroepen ouder niet op de terechtzitting verschijnt.
[0:26:09] Deze bepaling, dus lid 2, is geformuleerd als een bevoegdheid voor de rechter.
[0:26:14] Hij kan de medebrenging bevelen of de aanwezigheid, maar het hoeft niet.
[0:26:21] In het geval van wij geachtige ouders of ouders die wel bereidbaar zijn of niet bereidbaar... maar in ieder geval weinig inspanningen verrichten om zich te vergewissen... wat hun kind op dat moment in is verzeild geraakt...
[0:26:39] stellen wij voor... we gaan niet voorschrijven wat de rechter wel moet doen... maar indien de rechter geen medebrenging van de ouder beveelt... wordt deze beslissing door de rechter deugdelijk gemotiveerd.
[0:26:50] Nou, vergeeft u mij meteen, voorzitter... als het woord deugdelijk niet past in de wetsystematiek.
[0:26:54] Ik weet niet of ik dat woord eerder heb gezien... maar dat gaat de regeringscommissaris mij zometeen haarfijn vertellen waarschijnlijk.
[0:27:01] Maar de gedachte achter het amendement is... dat je in de wet vastlegt dat...
[0:27:09] medebrenging het uitgangspunt eigenlijk zou moeten zijn als een ouder opgeroepen wordt en niet komt.
[0:27:16] En als je dat niet doet, of als je als rechter dus als de rechter besluit, maar in dit geval vanwege een aantal omstandigheden en argumenten, acht ik een degelijk bevel niet geboden, dat dat duidelijk gemotiveerd is.
[0:27:30] En dat is de gedachte erachter.
[0:27:39] En dan zet ik een punt, want ik zag uit mijn ogen... Ja, ik had de punt niet gehoord, maar bij deze.
[0:27:43] Mevrouw moet door.
[0:27:44] Ik probeer het te begrijpen.
[0:27:46] In het verleden, volgens mij was het in Rotterdam, werden er boetes uitgedeeld aan ouders.
[0:27:53] Zeker als hun jeugdige, jongere kinderen bepaalde delicten pleegden.
[0:27:59] Toen werd Rotterdam teruggefloten vanuit de rechter.
[0:28:05] Dus ik probeer even te snappen, want ik denk dat de rol van de ouders zeker heel erg belangrijk is.
[0:28:10] We weten als het gaat om de jeugdige deliquenten... dat ze soms ook ouders kunnen hebben met een licht verstandelijke beperking.
[0:28:19] Of alleen een moeder, dus één oudergezinnen.
[0:28:24] Dat laten ook de cijfers zien.
[0:28:26] Dus hoe moet ik nou...
[0:28:28] Dit amendement, wat ik overigens nog niet heb gezien.
[0:28:30] Ik weet niet of hij al ingediend was.
[0:28:31] Dan heb ik hem nog niet voor me nu.
[0:28:34] Hoe moet ik hem nou lezen?
[0:28:38] Volgens mij is het een algemeen aanvaard uitgangspunt wel... dat de rol van de ouders vrij cruciaal is bij het kinderen enerzijds op het rechte pad houden... maar anderzijds uit de penarie helpen of op het rechte pad brengen.
[0:28:53] Dat lijkt me volgens mij niet ter discussie te staan.
[0:28:57] En wat je nu ziet is dat...
[0:29:00] Dat hoeft niet een punt te zijn.
[0:29:02] Alleen, de ene rechter zal wat meer genegen zijn om medebrenging te bevelen dan de andere rechter.
[0:29:09] En wat wij zeggen is...
[0:29:12] door deze formulering te introduceren.
[0:29:15] Het is nog steeds aan de rechter, want het lijkt ons wat kras om... Dat had natuurlijk ook gekund.
[0:29:20] We hadden ook een verplichting kunnen voorstellen.
[0:29:22] Een ouder moet ter zitting aanwezig zijn.
[0:29:27] Maar we begrijpen dat de uitvoeringsconsequenties daarvan echt huge zijn.
[0:29:31] En dat is ook vrij principieel.
[0:29:32] Maar goed, dat zou hier nog wel passen in dit debat.
[0:29:35] Dus dachten we, oké, dan doen we het zo met deze formulering.
[0:29:38] Indien de rechter geen medebrenging beveelt...
[0:29:43] Deugdelijk, ik weet niet of deugdelijk het goede woord is... maar moet het goed gemotiveerd zijn, waarmee we het tot uitdrukking willen brengen.
[0:29:49] Het vraagt een nadere motivering als je als rechter het niet nodig vindt... dat de ouders niet aanwezig zijn.
[0:29:56] Dat betekent niet dat die ouders vervolgens de consequenties van die kinderen hoeven te dragen.
[0:29:59] Helemaal niet.
[0:30:00] Indirect denk ik overigens dat dat in de kern wel ook zo zal zijn.
[0:30:04] Maar in ieder geval maak je daarmee wel dat de ouder er is.
[0:30:10] En ook ten volle...
[0:30:13] ondergaat wat daar ter terechtzitting gebeurt.
[0:30:16] En ik denk juist bij jeugdigen dat dat superessentieel is.
[0:30:21] Dat is de gedachte van het amendement.
[0:30:23] En als de rechter het niet nodig vindt, dan is dat nog steeds natuurlijk aan de rechter.
[0:30:27] En overigens, voorzitter, tot slot.
[0:30:29] Ik denk juist dat bij een heleboel minderjarigen het heel belangrijk is... dat de ouder erbij is, ook juist in het licht van...
[0:30:36] bescherming van de positie van de minderjarige.
[0:30:38] En de specifieke gevallen als de ouders zijn niet te vinden... of een oudergezin, zo gedetailleerd... Ik bedoel, volgens mij hoeft dat ook niet zo gedetailleerd in de wet geregeld te worden... omdat het ouder natuurlijk ook een familierichterlijke betekenis heeft.
[0:30:50] Maar even heel simpel, als feitelijk een van de ouders te vinden is... en het is redelijk wijs mogelijk, dan moet een van die ouders op de zitting aanwezig zijn... tenzij de rechter zegt, dat hoeft niet, maar dan wel gemotiveerd waarom...
[0:31:07] Ik ben groot voorstander van ouders betrekken bij jeugdige deliquenten.
[0:31:13] Ik vraag me echt oprecht af of dit nu een heel groot probleem is in de praktijk.
[0:31:19] Of daadwerkelijk ouders dan er niet bij zijn.
[0:31:22] En wat ook de sanctie is op het moment dat dus ouders...
[0:31:26] ondanks het verzoek dat ze naar de zitting moeten komen, er niet zijn.
[0:31:30] Dus ik ben eigenlijk op zoek naar de nut, noodzaak... op dit moment voor een dergelijke amendement.
[0:31:37] Kijk, als er een heel groot probleem is in de praktijk, dan snap ik hem.
[0:31:41] En misschien kan de staatssecretaris wellicht daar ook zijn licht over laten verschijnen.
[0:31:45] Dus ja, als het gaat om het uitgangspunt... twijfel voor wat betreft de noodzaak.
[0:31:54] Ja, Elian, u kunt ook continueren.
[0:31:55] Ja, ga ik dan overigens de sanctie.
[0:31:57] Het is een bevel tot medebrenging van de rechter.
[0:31:59] Dus je wordt dan opgehaald.
[0:32:02] Dat lijkt me de logische consequentie.
[0:32:05] Oké, voorzitter.
[0:32:06] En dan een ander amendement.
[0:32:09] Daarvoor zie ik ook dat de regeringscommissaris waarschijnlijk mij...
[0:32:15] De oren gaan wassen, zoals collega Sneller zei.
[0:32:17] Maar dat gaan we zo meemaken.
[0:32:19] Dat gaat om het volgende, het fenomeen van de klaagschriften.
[0:32:24] Ik zat het vanochtend nog eens goed voor te bereiden.
[0:32:29] Voorzitter, ik moet het even goed uitleggen.
[0:32:32] Oorspronkelijk in de eerste versie van dit wetsvoorstel, dat was ook alweer jaren geleden...
[0:32:39] Het was niet opgenomen dat de mogelijkheid tot het doen van een klaarschrift open stond... in situaties waarin geklaagd wordt dat gegevens over zijn gebracht of bijvoorbeeld zijn gevorderd.
[0:32:57] Vervolgens in de definitieve versie...
[0:33:00] uiteraard in onze Kamer nu voorlicht, staat dat wel.
[0:33:04] Artikel 6.4.5.
[0:33:05] Belanghebbenden kunnen zich beklagen over sub a... het overnemen van gegevens en het bevelen gegevens te verstrekken... met het oog op teruggave of vernietiging van die gegevens.
[0:33:14] Dat staat ook in de huidige wet, artikel 552... van het wetboek van strafvorming 5252a.
[0:33:25] En wij vonden het juist nou best een...
[0:33:31] goed idee om die bepaling wat terug te schroeven.
[0:33:33] Dus een groot deel van 552A is overgenomen.
[0:33:37] En wij waren juist wel enthousiast over de eerste consultatieversie... waarin dus die bepaling over... die specifiek zit op het klaagschrift in aanzien van gegevens... om die mogelijkheid te schrappen... omdat het een werklastbesparing gaat opnemen.
[0:33:54] Je kunt je ook afvragen hoe zinnig is het... om te klagen over die gegevens bijvoorbeeld als een telefoon toch al...
[0:34:00] En we hebben natuurlijk volgende week en de week daarvoor best uitvoerig... ook over de doorzoeking van telefoons gesproken.
[0:34:07] Wat me voorzitter dan vervolgens opviel... lezende de eerste versie, dan vervolgens de definitieve versie... en de antwoorden bij de nota naar aanleiding van de verslagen... dan zie je dat er niet echt een principeel inhoudelijk punt wordt gemaakt... maar dat er meer een uitvoeringspunt wordt gemaakt door de regering.
[0:34:23] Namelijk, we denken dat het een werklastvermindering oplevert... maar zeker weten doen we het ook niet.
[0:34:28] Dus ja, we hebben ervoor gekozen...
[0:34:30] Ik bedoel het helemaal niet spartinerend, maar we hebben er maar voor gekozen om dan de mogelijkheid tot klagen hierover maar toch op te nemen.
[0:34:39] Dacht ik, nou ja, elke besparing die je kan realiseren, gegeven het mooie natuurfeit dat de regeringscommissaris ook noemde...
[0:34:48] Beperkte capaciteit is een gegeven tot waar we ons te hebben verhouden.
[0:34:54] Toen dacht ik, nou, laat ik dan toch een poging doen om het wetsvoorstel terug te brengen in lijn met de oorspronkelijke versie.
[0:35:03] Het is wat technische materie.
[0:35:06] En ja, dat betekent dus inderdaad dat wat ons betreft een klaarschrift... dus het zich kunnen beklagen over bijvoorbeeld het overnemen van gegevens... dat dat wat ons betreft niet nodig zou zijn.
[0:35:19] Dus dat is het amendement.
[0:35:21] Ik ben natuurlijk heel benieuwd hoe het kabinet deze gaat appreciëren.
[0:35:24] Ik sta uiteraard ook open voor suggesties.
[0:35:29] De gedachte erachter is echt een werklassenvermindering... omdat bij zo'n klaagschrift schrijft het wetboek specifieke proceduren voor... en moet informatie worden ingewonnen door het Openbaar Ministerie bij de politie.
[0:35:40] Kortom, elk klaagschrift dat je kan voorkomen is er één.
[0:35:44] En dat was het van mijn kant, voorzitter.
[0:35:47] Dank u wel.
[0:35:48] Dan gaan we naar de heer Koops van NRC.
[0:35:51] Dank u wel, meneer de voorzitter.
[0:35:58] Met uw welnemen draai ik even de volgorde om... van de bespreking van de twee boeken.
[0:36:04] En dat is omdat zojuist de vertegenwoordigers van de VVD... en van PVDA GroenLinks allebei zijn ingegaan op het jeugdstrafrecht... en de toepassing daarvan.
[0:36:14] En ik vond het eigenlijk wel zo...
[0:36:17] Het zal niet zeggen amusant, maar passend... dat ik als middenpartij daar eens even iets over ga zeggen.
[0:36:25] Kijk, laat ik vooropstellen... inderdaad vrij genuanceerd te zitten... op het standpunt van hoe met jeugdigen moet worden omgegaan.
[0:36:34] En ik hecht eraan om één specifiek ding te benadrukken.
[0:36:37] Dat is namelijk dat het Verdrag voor de Rechten van de Kinderen... gewoon voorschrijft dat voorlopige hechtenis, vrijheidsbeneming... echt het...
[0:36:44] echt tot de uitzonderlijkste gevallen beperkt moet worden.
[0:36:49] Dat is één kant.
[0:36:50] En dat aan de andere kant geluiden opgaan... om de straffen die aan jeugdigen kunnen worden opgelegd te verhogen.
[0:36:57] Ik moet bekennen dus dat ik beide uitgangspunten hartstikke goed begrijp.
[0:37:00] Er zijn gewoon situaties in de huidige samenleving... waarin de straffen die aan een jeugdige kunnen worden opgelegd... zo laag zijn dat ze geen recht doen aan de gevoelens bij de slachtoffers... en ook niet aan een gevoel van rechtvaardiging in de maatschappij.
[0:37:12] En hoe ik het dus vooralsnog zie, is hoe het abonnement mutleur... zoals zojuist toegelicht, zich heel goed verhoudt... tot de voorstellen om die straffen te verzwaren.
[0:37:22] Dat is eigenlijk de opmerking waar ik bij wil blijven als het gaat om boek 6.
[0:37:27] Inhoudelijk heb ik meer tijd besteed aan boek 5.
[0:37:32] Dan moet ik eventjes mijn aantekeningen erbij nemen.
[0:37:35] En ik zal u uitleggen waarom.
[0:37:40] We hebben hier de situatie dat een verdachte die iemand anders heeft mishandeld voor de politierechter moet verschijnen.
[0:37:48] En hij komt daar zonder advocaat, want hij weet niet hoe hij een toevoeging moet aanvragen en heeft weinig geld.
[0:37:53] Dan wordt hij daar veroordeeld omdat hij zich onhandig uitdrukt en niet precies de juiste toon aanslaat bij die rechter, zal ik maar zeggen.
[0:38:00] En hij gaat in hoger beroep en dat moet hij binnen twee weken beslissen.
[0:38:04] En hij is nog helemaal ontdaan en ondersteboven van de straf die hem zojuist is opgelegd, terwijl hij overtuigd is van zijn onschuld.
[0:38:10] Althans, hij heeft het niet zo erg gedaan als dat de rechter heeft geoordeeld.
[0:38:13] Dus hij gaat onmiddellijk in hoge beroep, want daar heeft hij geen keuze in en hij dient geen appelschriftuur in.
[0:38:18] Dan komt hij in hoge beroep bij wederom een enkelvoudige rechter.
[0:38:21] Laten we zeggen de politieraadsheer.
[0:38:23] Even voor het...
[0:38:24] Voor het gemak.
[0:38:25] Dat durf ik niet te zeggen met de regeringscommissaris erbij.
[0:38:27] Maar gewoon de enkelvoudig oordelende rechter.
[0:38:31] En die kijkt ernaar wat is er nou in eerste aanleg gebeurd.
[0:38:34] En dat doet hij tamelijk afstandelijk.
[0:38:35] Want hij kijkt gewoon naar wat deze mishandelaar... deze veroordeelde mishandelaar... in de zitting hoge beroep voor zichzelf naar voren brengt.
[0:38:43] Want een goede man heeft nog steeds geen advocaat.
[0:38:45] En die rechter in hoge beroep, die raadsheer... die kijkt dan of de bezwaren die naar voren zijn gebracht...
[0:38:53] of die aanleiding zijn om er toch anders over te denken... als je kijkt naar het fonds in eerste aanleg.
[0:39:01] Dat betekent, dan kom ik met het einde aan mijn voorbeeld... volgens mij dat de toetsing die in hoge beroep gebeurt... van hetgeen in eerste aanleg is gebeurd... die toetsing is minder fundamenteel dan op dit moment.
[0:39:17] En de manier waarop dat tot uitdrukking komt in het wetboek...
[0:39:21] is niet met het woord grievenstelsel, maar is met het woord voortbouwend appel.
[0:39:27] En het voortbouwend appel, hoe dat dus nu vormgegeven is in de wet, als ik het goed zie... houdt in dat de raadsheer in hoge beroep eigenlijk vooral kijkt naar de bezwaren... die door de verdachten naar voren zijn gebracht.
[0:39:40] En niet meer kijkt uit zichzelf naar hoe de rechter in eerste aanleg tot zijn vonnis gekomen is.
[0:39:47] Ik zeg niet veroordeling, maar vonnis.
[0:39:51] Dat is dus een groot verschil ten opzichte van de situatie nu... waarin kan worden bevestigd wat in eerste aanleg is gebeurd... en waarin dus de rechter in alle gevallen in hoge beroep... de beslissingen voor zijn rekening neemt.
[0:40:04] Zelf voor zijn rekening neemt.
[0:40:06] Ten goede en ten kwade.
[0:40:08] Hij of zij of het college is degene die de verantwoordelijkheid neemt... voor de straf die is opgelegd.
[0:40:15] Of de vrijspraak die is gevolgd.
[0:40:19] En ik heb er grote moeite mee dat van dat systeem, het systeem waarin de rechter in hoge beroep zelf de verantwoordelijkheid neemt voor de inhoud van de rechtelijke uitspraak waarmee een straf wordt opgelegd, dat daar afbreuk aan wordt gedaan.
[0:40:37] Ik begrijp, ik heb hier nou goed gekeken naar de memorie van toelichting en ook vooral naar de noten en de aanleiding van de verslagen.
[0:40:45] Die inzichtelijk maken hoe een enorme discussie heeft bestaan in het verleden, afgerond en al, over dat grievenstelsel wat het Openbaar Ministerie graag wilde, waar de stoffen is afgezien.
[0:40:57] Zodat we het hier moeten hebben over het behandelen van bezwaren.
[0:41:02] Met een soort van ambtshalve bevoegdheid.
[0:41:05] Voor de rechter in hoog beroep om verder te gaan kijken.
[0:41:12] Ik ga praten hier vanuit het verlangen dat rechters zichzelf controleren.
[0:41:19] En dat ze daartoe ook worden genoodzaakt.
[0:41:22] En dat er dus in de hele keten van de rechter eerste aanleg... rechter hoge beroep en hoge raad... echt die rechters fundamenteel de beslissing voor hun rekening nemen... waarbij iemand wordt veroordeeld.
[0:41:39] Tot een straf, maar dus ook met alle mogelijke andere gevolgen van dien.
[0:41:45] En tegen deze algemene inleiding begin ik dan in de eerste plaats over de termijn waarbinnen hoge beroep moet worden ingesteld.
[0:41:55] Die termijn zoals die nu in het wetboek is opgenomen is twee weken.
[0:41:59] En er moet er vervolgens binnen twee weken een appelschriftuur worden ingediend door de officiële justitie...
[0:42:05] De verdachte hoeft dat niet, die mag dat wel.
[0:42:08] Maar kern is, de verdachte moet binnen twee weken zijn beslissing nemen... al dan niet in hoge beroep te gaan.
[0:42:14] En dan leg ik de Kamer voor, en het kabinet... dat heel veel beslissingen die genomen worden door strafrechters... een forse teleurstelling opleveren voor één van beide partijen.
[0:42:27] Het zij de officier van justitie, het zij de verdachte... wiens vrijspraak is betoogd, dan wel een lagere straf is betoogd.
[0:42:35] Dat element van teleurstelling, dat houdt in dat naar het vonnis in eerste aanleg heel kritisch wordt gekeken, maar ook heel verontwaardigd, heel gefrustreerd, heel geëmotioneerd, om dat woord te gebruiken.
[0:42:51] En als ik zou moeten praten voor mezelf in de tijd dat ik nog strafadvocaat was...
[0:42:58] Die tijd ligt niet ver achter mij, maar ik herinner mij gewoon dat er dan mankementen zaten in een vonnis.
[0:43:04] Tenminste, ik vond dat ze erin zaten, wat er ook maar van zei.
[0:43:08] En daar was ik wel gefrustreerd over.
[0:43:11] En dan adviseerde ik mijn cliënt, ga in hoger beroep.
[0:43:14] Want deze rechter in eerste aandacht heeft het volgens mij niet goed begrepen.
[0:43:19] Dat zei ik dan.
[0:43:20] En ik neem mezelf expres als voorbeeld in plaats van voormalige conferres aan te wijzen.
[0:43:25] Omdat je namelijk ook het vonnis even terzijde had kunnen leggen.
[0:43:29] En als het ware het stof had kunnen laten neerdalen.
[0:43:32] En even wat anders zou gaan doen.
[0:43:33] En dat je daarna pas kijkt naar wat er in dat vonnis staat.
[0:43:37] Zodat je kan zeggen, nou, die rechter zag het misschien wel beter dan ik.
[0:43:41] Of daar valt ook iets voor te zeggen.
[0:43:44] En dat je een advies geeft aan de verdachte tel je knoop.
[0:43:48] Want appelleren is riskeren, zoals ze dan zeggen.
[0:43:53] Dus hiermee introduceer ik dus mijn voornemen de termijn aan te laten passen in de wet van twee weken naar maar liefst drie maanden.
[0:44:05] Een langere termijn om hoge beroep in te stellen.
[0:44:09] En natuurlijk is de vraag die daarbij hoort... hoe de regering het kabinet daartegen aankijkt... als ik dat voorstel daadwerkelijk doe.
[0:44:15] Bij wijze van amendement dat ik natuurlijk aan de collega's tijdig verstrek.
[0:44:21] Ik wil hier gewoon zeggen dat ik verwacht... dat het verlengen van die termijn van twee weken tot drie maanden... als gevolg heeft dat er veel minder hoge beroep wordt ingesteld.
[0:44:33] Omdat de emoties veel meer zijn afgekoeld...
[0:44:37] En dat de beslissing veel zakelijker wordt genomen.
[0:44:41] Ik wijs er ook meteen op dat die drie maanden een voldoende termijn is... om een nieuwe advocaat te vinden voor dat hoge beroep.
[0:44:48] Een second opinion, zo u wilt.
[0:44:51] Iemand anders, die dan kan zeggen... ja, maar meneer, dit is een uitstekend vonnis.
[0:44:56] Ik zou niet in hoog beroep gaan.
[0:44:58] Kortom, je hebt de termijn om iemand met een frisse blik naar het vonnis te laten kijken... voordat tot het besluit wordt genomen om in hoge beroep te gaan.
[0:45:08] En ik wil hier ook aan toevoegen dat het instellen van hoge beroep een wilsbesluit is.
[0:45:13] En ik weet heel goed dat de wet erin voorziet dat een hoge beroep later altijd weer kan worden ingetrokken.
[0:45:17] En dat gebeurt op het enige regelmaat.
[0:45:19] Maar dan vind ik ook dat we niet moeten onderschatten wat het emotionele is aan het instellen van hoge beroep.
[0:45:28] Dat is namelijk het zelf verlengen van de ellende van de procedure waarin je zit.
[0:45:34] En op het moment dat je het wilsbesluit genomen hebt die ellende voort te zetten... kom je daar nou eenmaal niet zo heel gemakkelijk meer van terug.
[0:45:43] Het besluit is eenmaal gevallen en dan ga je gewoon door.
[0:45:46] Dat is ook een reden om te zeggen laat nou eerst de stof neerdalen voordat je iemand ertoe dwingt de beslissing te nemen hoge beroep in te stellen.
[0:45:54] En daar voeg ik ook aan toe dat ik persoonlijk op dit moment helemaal geen vertraging voorzie als gevolg van het verlengen van die termijn.
[0:46:01] Ik zet dat gewoon af tegen de twee jaar die gemiddeld nu toch aan de orde is op het moment dat een hoge beroep gaat dienen.
[0:46:07] En dat daar andere termijnen voor bepalend zijn en niet die twee weken dan wel drie maanden voor het instellen van hoge beroep.
[0:46:16] In een moeite door zeg ik dan ook dat ik bij het instellen van het hoogberoep... en de toetsing van de rechter in hoogberoep... dat het in de reden ligt om een advocaat die verantwoordelijk is voor dat hoogberoep... een appelschriftuur te laten opstellen.
[0:46:33] Dus de verantwoordelijkheid voor het concepieren van de grieven neer te leggen...
[0:46:38] bij de advocaat die het hoger beroep zal gaan behandelen.
[0:46:41] In plaats van neer te leggen bij de man die gefrustreerd heeft gezien... hoe al zijn prachtige verweren één voor één ongemotiveerd verworpen zijn.
[0:46:50] Dat is niet de meest geschikte persoon om een besluit te nemen over hoger beroep.
[0:46:55] Dit alles als toelichting op de vraag... hoe staat het kabinet tegenover het verlengen van de termijn... voor het instellen van hoger beroep van twee weken naar drie maanden.
[0:47:04] Kom ik aan mijn tweede...
[0:47:07] in dezelfde voegen, dat betreft de UNES, de enkelvoudig rechtssprekende rechtsraadsheer in hoger beroep.
[0:47:18] De toelichting is glashelder.
[0:47:19] De strafrechtspleging is overmatig verstopt.
[0:47:24] Dus er zitten efficiëntieredenen achter het aanstellen, het nemen als uitgangspunt dat een rechter enkelvoudig rechtsspreekt in hoger beroep, als dat in eerste aandacht ook is gebeurd.
[0:47:37] Ik vind dat daar ontbreekt de bevoegdheid voor de verdachte... om te verzoeken voor een verwijzing naar de meervoudige Kamer.
[0:47:47] Hier is het zo dat, in het nu voorliggende voorstel... dat de enkelvoudige raadsheer zelf kan zeggen... dit is te ingewikkeld voor mij.
[0:47:55] Ik vind dat dit door meervoudig moet worden behandeld.
[0:47:59] Ik zou graag zien dat de verdachte daarom kan verzoeken...
[0:48:03] naar die meervoudige Kamer.
[0:48:05] Dat heeft als eerste consequentie dat als hij zo'n verzoek niet doet... dat hij zich dus ook nadrukkelijk neerlegt, zelf ook impliciet neerlegt... bij het feit dat het enkelvoudig zou worden afgenaamd in hoge beroep.
[0:48:17] Het heeft ook te maken met dat het de verdachte is, dan wel de officier van justitie... die complexiteiten van de zaak beter kan verwoorden bij de start van de zitting...
[0:48:29] dan de ratie in een hoger beroep.
[0:48:31] Immers, die verdachte en de officieve institutie... die hebben de eerste aanleg zelf al gedaan.
[0:48:35] Dus die kunnen zeggen, nou, gelet op het vonnis wat er nu geweest is... lijkt het me wel handig dat het meervoudig wordt behandeld.
[0:48:40] Al is hij enkelvoudig in eerste aanleg behandeld.
[0:48:42] Dus de vraag is hoe het kabinet aankijkt... tegen het introduceren van een verwijzingsbevoegdheid... naar de meervoudige kamer op verzoek van de verdachte.
[0:48:55] hiermee samenhangen, nog steeds op het element van rechtsbescherming.
[0:49:00] Want daar gaat het hier echt om.
[0:49:02] Dit is het ding wat mij gewoon zorgen buikt.
[0:49:10] Ik heb het lid Mutluur zojuist al gehoord over de mogelijkheid van een verplichte procesvertegenwoordiging in hoger beroep.
[0:49:18] Zoals die al bestaat bij het beroep in cassatie bij de Hoge Raad.
[0:49:24] Daarbij hecht ik er heel erg aan dat het echt maar zelden voorkomt.
[0:49:28] dat een verdachte geen raadsman heeft in hoge beroep.
[0:49:33] En daar dus in zijn eentje aankomt.
[0:49:35] Wat ik niet in de wet zie staan, ik zie het wel in de wet staan... de rechter moet compenseren als iemand geen raadsman heeft.
[0:49:41] En ik zie ook in de wet staan, en de jurisprudentie moet wel even checken... waarom iemand eigenlijk geen advocaat heeft.
[0:49:46] Of hij echt zijn eigen verdediging wil doen... of dat er een praktische reden bijvoorbeeld ten grondslag lag aan het alleen verschijnen.
[0:49:52] Zoals dat hij de ingang bij de Raad voor Rechtsbijstand niet goed kent.
[0:49:55] Ik noem eens wat.
[0:49:57] Hoe kijkt het kabinet er alsnog tegen aan... een onderzoek te doen naar het aantal gevallen... waarin er geen advocaat in hoger beroep was... terwijl het arrest op tegenspraak werd gewezen?
[0:50:10] Dat is een belangrijke toevoeging.
[0:50:11] Dat is niet bij verstrekt.
[0:50:15] En om die verplichte procesvertegenwoordiging in te voeren... nu het nu eenmaal zo is...
[0:50:22] dat bijna niemand in zijn eentje naar in hoge beroep gaat... en er een ontzettend belang wordt gehecht aan de te formuleren bezwaren... tegen het Fonds in Eerste Aandacht.
[0:50:33] Als je dat voorbouwend appel hebt...
[0:50:34] Alles wat ik lees staat er gewoon van iemand die moet de kans krijgen zijn bezwaren tegen het fonds goed te formuleren.
[0:50:39] Maar hij moet dat dan ook wel echt doen.
[0:50:41] Want het zijn die bezwaren die worden beoordeeld.
[0:50:43] En de rechter die neemt dus niet langer het fonds eerste aanleg voor zijn rekening.
[0:50:47] Dus dat is de achtergrond waartegen ik vraag het kabinet een standpunt in te nemen over het alsnog introduceren van een verplichte procesvertegenwoordiging in hoge beroep.
[0:50:57] We moeten ons niet laten afleiden door de situatie waarin de verdachte geen advocaat wil in hoogberoep.
[0:51:05] Het gaat om al die gevallen waarin iemand er toevallig niet eentje heeft in hoogberoep.
[0:51:10] En dus alleen verschijnt.
[0:51:13] Tot slot, meneer de voorzitter.
[0:51:17] Eerder is hier al...
[0:51:22] aan de orde geweest dat je afstand kan doen van het instellen van hoogberoep.
[0:51:29] En dat de rechter de verplichting zou kunnen krijgen in het wetboek... om de verdachte erop te wijzen wat de consequenties daarvan zijn.
[0:51:35] Als je afstand doet van hoog beroep, dan kan je daar niet meer op terugkomen.
[0:51:39] Dat is een one-way traffic.
[0:51:41] Dan is het gewoon klaar.
[0:51:43] Ik heb gezien dat de regering het prima vindt om dat in te gaan voeren.
[0:51:45] En dat vind ik geweldig van de regering.
[0:51:49] Heel fijn dat ze dat zo overnemen.
[0:51:51] Wederom indachtig de toegang tot het recht... en de rechtsbescherming van in dit geval de verdachte.
[0:51:58] Dan zijn dit vooralsnog mijn commentaren.
[0:52:02] Een vraag nog van de heer Elion.
[0:52:04] Op het punt van de verplichte procesvertegenwoordiging in hoger beroep.
[0:52:09] Onze strafvordering kenmerkt zich natuurlijk al heel lang... door de afwezigheid van de verplichte procesvertegenwoordiging.
[0:52:16] Bijvoorbeeld in tegenstelling tot bepaalde rechtsgebieden in het civielrecht.
[0:52:21] Maar sowieso in appel in het civielrecht heb je een advocaat nodig.
[0:52:24] Maar daar zijn...
[0:52:26] Op zich al hebben onze voorgangers dat lang geleden uitbediscussieerd en bedebatteerd... waarom in het strafvordering geen verplichte procesvertegenwoordiging in de wet noodzakelijk is.
[0:52:39] Wat ik me afvraag, voorzitter... Ik beluister dat collega Koops proet op een amendement... afhankelijk van het antwoord van de regering...
[0:52:54] waarbij ik beluister dat collega Koops verplichte procesvertegenwoordiging... in ieder geval een hoger beroep zou willen mogelijk maken.
[0:53:04] Maar daar zit natuurlijk ook een kostencomponent aan.
[0:53:08] Dus dat is één component.
[0:53:09] Ik ben benieuwd hoe collega Koops zich heeft rekenschap gegeven daarvan.
[0:53:14] En het tweede is... juist gelet op de korte doorlooptijden die strafvordering kent...
[0:53:23] Kan dit ook nog wel een uitdaging zijn?
[0:53:26] Immers iemand die geen advocaat heeft, moet een advocaat krijgen... die moet beschikbaar zijn, de Raad voor de Rechtsbijstand.
[0:53:33] Er komen nogal wat uitvoeringsvragen hier achterweg.
[0:53:36] Ik ben benieuwd of collega Koops zich ook daar rekenschap van heeft gegeven.
[0:53:41] Meneer Koops.
[0:53:43] Meneer voorzitter, dat zijn hartstikke goede vragen.
[0:53:47] Met name ook de vraag naar de extra kosten die gemoeid zouden zijn... op het moment dat je een procesvertegenwoordiging verplicht stelt...
[0:53:52] Nou heb ik zelf het idee dat het niet heel veel extra kosten met zich brengt... omdat de meeste verdachten al een advocaat hebben in hoge beroep.
[0:54:02] Bijvoorbeeld omdat ze voorlopig gehecht zijn.
[0:54:05] En dan is de toegang makkelijker.
[0:54:09] Ik stel mij ook voor dat de inzet van een verplichte procesvertegenwoordiging... simpelweg leidt tot minder hoge beroepen en dus een kostenbesparing.
[0:54:18] Al is die moeilijk te kwantificeren voor een...
[0:54:22] Voor iemand in mijn positie.
[0:54:23] Maar dat is daadwerkelijk de bedoeling, dat er gewoon minder hoge beroepen komen.
[0:54:27] Namelijk alleen in die gevallen waarin iemand vrij objectief kan zeggen... ja, dit klopt gewoon echt niet wat in eerste aanleg is gebeurd.
[0:54:32] Welke kant dan ook op.
[0:54:34] Niettemin is het onderwerp kosten wel degelijk van belang bij het geheel.
[0:54:37] En dat kan ik zo formuleren tot een aanvullende vraag aan het kabinet.
[0:54:41] Namelijk of die beter dan ik zelf de kosten in de smiezen hebben... van een verplichte procesvertegenwoordiging in hoge beroep.
[0:54:48] En als dat zo is, wat die kosten dan behelzen.
[0:54:53] En als we het hebben over de korte doorlooptijden binnen, dan ben ik even kwijt wat... Nou, strafvordering kent natuurlijk hele strikte termijnen voor hoge beroep.
[0:55:06] Ik ken collega Koops beter dan ik ook voor het indienen van de appelschrifturen en de gronden van het appel.
[0:55:12] Maar als iemand geen...
[0:55:15] op dat moment, laten we er even gemakselijk vanuit gaan, veroordeelde... heeft geen advocaat, moet een advocaat toegewezen worden in die korte termijn.
[0:55:25] En die advocaat zal ook het dossier moeten kunnen bestuderen... alvorens fatsoenlijk een appel schriftuur te kunnen maken.
[0:55:31] Dus daar komt best wat bij kijken.
[0:55:35] En ik vraag, past dat überhaupt in de termijnen die strafvordering kent?
[0:55:39] De heer Koops.
[0:55:41] Heer voorzitter.
[0:55:44] Als ik één stapje terugneem.
[0:55:46] De reden om hier überhaupt over te beginnen is dat ik erg opzie tegen de situatie dat onder de grote tijdsdruk, die ligt op de hele strafrechtketen, een enkelvoudig rechtssprekende rechter in eerste aanleg een verdachte zonder advocaat, zonder rechtsbijstand, veroordeelt.
[0:56:02] En dat de hoge beroeprechter, wederom zonder dat er sprake is van rechtsbijstand, niet zozeer dat vonnis voor zijn rekening neemt, alleen maar de verwerping van de bezwaren die worden aangevoerd tegen dat vonnis.
[0:56:13] En dat er dus op geen enkel moment,
[0:56:16] dat de toetsing dan ondermaats blijft als geheel.
[0:56:21] Dat is wat mij zorgen baart.
[0:56:23] Dat is waarom ik begin over een verplichte procesvertegenwoordiging.
[0:56:27] Ik kan zomaar bedenken dat je zegt een verplichte procesvertegenwoordiging... op het moment dat een eerste aanlegger geen advocaat was.
[0:56:34] Zodat in ieder geval in één van beide instanties...
[0:56:37] Sprake was van rechtsbijstand.
[0:56:39] En niet dat het geheel zonder die rechtsbijstand plaats heeft gevonden.
[0:56:43] Specifiek gelet op dat voortbouwend appel wat hier wordt uitgebreid... wordt ingelaten waar ik op zichzelf heel veel voor vind pleiten.
[0:56:53] Alleen dus niet zonder dat er ergens een raadsman een keer z'n ding doet.
[0:56:56] Dat is een ander woord.
[0:56:58] Dank u wel.
[0:56:59] Dan zoek ik een voorzitter.
[0:57:01] En bij volkeren is dat iemand die niet van plan was om allemaal moeilijke vragen te gaan stellen aan de volgende spreker.
[0:57:06] Want dat is gewoon niet praktisch.
[0:57:09] Dat weet je niet, nee.
[0:57:10] Het is een beetje een gok.
[0:57:11] Maar ja, naar wie kan ik kijken?
[0:57:14] Ja, de heer Allian.
[0:57:15] En anders ga ik toch gewoon die moeilijke vragen stellen.
[0:57:17] Dan geef ik graag het woord aan collega Van Nispen namens de Socialistische Partij.
[0:57:22] Dank u wel.
[0:57:22] Ik zal het inderdaad niet opvatten als een vrijbrief om allemaal over de VVD lelijke dingen te gaan zeggen.
[0:57:26] Dat is niet handig.
[0:57:29] Dan zijn we nu alweer bij de rechtsmiddelen en de bijzondere regelingen aanbeland.
[0:57:32] Dat is ook cruciaal, want als er dan een vooroordeling is of juist niet, wat kun je daar dan tegen ondernemen?
[0:57:37] Boek 5, die rechtsmiddelen.
[0:57:39] Ook ik wil graag aandacht vragen voor de positie van de verdachte bij het hoger beroep.
[0:57:43] Zeker als deze geen advocaat heeft.
[0:57:44] Dat sluit eigenlijk aan op het laatste punt van de heer Koops.
[0:57:47] Want die regel die wordt inderdaad dat het onderzoek van het Hof zich in beginsel beperkt tot de bezwaren die tegen het vonnis worden ingebracht.
[0:57:54] Dat betekent dus meer verantwoordelijkheid voor de verdediging om alle relevante punten naar voren te brengen.
[0:57:59] De rol van de rechter wordt dus minder actief in hoger beroep.
[0:58:02] Ook de NOVA heeft hiervoor gewaarschuwd.
[0:58:04] Hoe weegt de regering nou deze risico's?
[0:58:06] Graag een reactie.
[0:58:09] Enkelvoudige zaken worden in de toekomst in beginsel ook in hoger beroep enkelvoudig afgedaan.
[0:58:14] Unus rechtspraak, door één rechter dus.
[0:58:16] Dat wordt de hoofdregel.
[0:58:18] Maar dat wil niet altijd zeggen dat het eenvoudige zaken zijn.
[0:58:21] Met name zaken van de kinderrechter of de politierechter, die zijn niet altijd juridisch of bewijstechnisch eenvoudig van aard.
[0:58:27] De advocatuur vindt dit geen goed idee.
[0:58:29] Ze noemt dit verschraling van de rechtsbescherming.
[0:58:31] En als aan dit voorstel wordt vasthouden, dan stelt de advocatuur voor dat er een verzoekrecht komt voor de verdachte om de zaak te verwijzen naar een meervoudige kamer op welk verzoek gemotiveerd beslist moet worden.
[0:58:42] De heer Koops stelt dit volgens mij ook voor.
[0:58:45] Ook de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak staat afwijzend tegenover dit voorstel van de hoofdregel naar enkelvoudige rechtspraak in hoger beroep.
[0:58:54] Juist ook omdat die eerste jaren na de introductie van het nieuwe wetboek sprake zou kunnen zijn van een toename van het aantal rechtsvragen en toename van combinaties van juridische problemen.
[0:59:04] Die mogelijk vragen om brede en grondige overdenkingen en evenwichtige oplossingen.
[0:59:08] Waar nou juist de meervoudige Kamer voor is.
[0:59:10] Al dus de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak.
[0:59:12] Kortom, ook ik wil hier de vraag opwerpen...
[0:59:15] Hoe verstandig is dit nou om de meervoudige berechtering en hoger beroep te verminderen?
[0:59:20] Is dit wel of niet verantwoord?
[0:59:22] Ik heb van tevoren overwogen, moet ik hier nou een amendement op indienen?
[0:59:27] Maar ik heb besloten om eerst te kijken naar het draagvlak ook in dit debat, naar de andere vragen die erover gesteld zijn.
[0:59:32] En nu ik dit zo gehoord heb, gaat het ook een beetje om de stapeling.
[0:59:36] De stapeling van...
[0:59:37] Hoe zit het nou met de rechtsbescherming en hoger beroep?
[0:59:39] Als er dus sprake is van een beperktere toetsing.
[0:59:42] Als er dus sprake is van enkelvoudige afdoening.
[0:59:44] En dan mogelijk ook nog eens zonder advocaat.
[0:59:46] En dan hoor ik van Heer Koops ook nog eens dat er binnen 14 dagen besloten moet worden om in hoger beroep te gaan.
[0:59:50] Dus even dat alles samengenomen.
[0:59:52] Denk ik dat we hier iets mee moeten.
[0:59:55] Maar ik heb zelf niet de wijsheid in de pacht om dan voor te schrijven.
[0:59:57] Het is ook niet verstandig dat ik dan ga proberen hoe dat dan precies is.
[1:00:00] Dus laten we inderdaad de vraag zo bij de regering neerleggen.
[1:00:04] Ik heb wel nog twee, technisch weet ik niet, maar in ieder geval nog twee vragen over dit punt.
[1:00:09] Het oordeel of de zaak wel of niet eenvoudig genoeg is, is aan de raadsheer die zitting heeft in de enkelvoudige kamer.
[1:00:15] Ontstaan hierdoor niet allerlei verschillen tussen rechtbanken of zelfs binnen rechtbanken?
[1:00:19] Want wat de een eenvoudig vindt, vindt de ander misschien niet eenvoudig genoeg om door één rechter af te doen.
[1:00:23] Ziet de staatssecretaris dergelijke verschillen als problematisch?
[1:00:27] En dan nog een wetstechnische vraag.
[1:00:29] De artikelen 5443 en 5444 vind ik niet logisch na elkaar lezen, in alle bescheidenheid.
[1:00:37] Het kan ook aan mijn leesvaardigheden liggen.
[1:00:39] Maar ik zou willen vragen om hier nog eens goed naar te kijken.
[1:00:42] Want volgens mij staat er twee keer hetzelfde.
[1:00:43] Namelijk de hoofdregel dat een zaak van eenvoudige aard die in eerste aanleg is behandeld door een enkelvoudige kamer, ook in hoge beroep door een enkelvoudige kamer kan worden behandeld.
[1:00:53] Het mogen zeer verschillend, maar volgens mij moeten we niet twee keer hetzelfde opschrijven.
[1:00:56] Dus het verzoek om daar nog eens goed naar te kijken.
[1:00:59] Dan voor de regeling van herziening ten voordele heeft mijn fractie altijd bijzondere belangstelling gehad.
[1:01:03] Vooral met het oog op bepaalde justitiële dwalingen in het verleden.
[1:01:07] Waarbij grote fouten gemaakt zijn door politie, OM en rechters.
[1:01:11] Geruchtmakende zaken die ook diepgravend onderzocht zijn.
[1:01:13] Een vastgestelde dwaling.
[1:01:15] En mijn fractie heeft in het verleden herhaaldelijk bepleit... dat de regeling voor de herziening ter voordelen van de verdachte zou moeten worden uitgebreid.
[1:01:22] Bijvoorbeeld het Novum-criterium.
[1:01:24] Maar nu lees ik artikel 581 lid 1 sub c. En dat komt mij dan zeer bekend voor.
[1:01:30] Volgens mij is dit nog steeds hetzelfde strakke criterium.
[1:01:33] Namelijk dat er sprake moet zijn van een gegeven... dat bij het onderzoek op de terechtzitting bij de rechter niet bekend was... en dat met de veroordeling niet bestaanbaar schijnt.
[1:01:41] Zodanig dat het ernstige vermoeden ontstaat...
[1:01:43] Dat als dit gegeven bekend zou zijn geweest, het geleid zou hebben tot een vrijspraak.
[1:01:47] Een hele mond vol, maar dat is het novumcriterium zoals dat er was en zoals dat er volgens mij nu ook weer is.
[1:01:52] Klopt het dat de regering ervoor heeft gekozen om de regeling uit het huidige wetboek van strafvordering inhoudelijk nagenoeg ongewijzigd te laten?
[1:02:00] En waarom is daarvoor gekozen?
[1:02:01] Waarom nou niet meer ruimte om fouten van rechters te kunnen herstellen?
[1:02:07] Dan kom ik op boek 6.
[1:02:09] Bijzondere regelingen.
[1:02:11] Allereerst nog een vraag.
[1:02:12] Ten tijde van de schriftelijke behandeling kon nog geen antwoord worden gegeven op onze vraag hoe vaak de maximale sanctie door de alleenzittende kinderrechter de afgelopen jaren is opgelegd.
[1:02:21] En wij vroegen dit omdat de kinderrechter voortaan hogere straffen op mag leggen.
[0:00:00] 6.1.17 lid 2.
[1:02:28] Ja, dan is volgens mij wel de vraag gerechtvaardigd hoe vaak de rechter nu al als het ware aanbotst tegen dat maximum.
[1:02:34] Is die informatie inmiddels beschikbaar?
[1:02:38] Het Openbaar Ministerie, de Vereniging van Nederlandse Jeugdrecht Advocaten en Reclassering Nederland deden de aanbeveling om de duur van het ophouden voor verhoor van een jeugdige verdachte te begrenzen tot maximaal zes uur in plaats van negen uur.
[1:02:50] Ook adviseren de jeugdrechtadvocaten om expliciet in de wet te regelen dat de inverzekeringstelling van jeugdige verdachten een uiterste maatregel moet zijn.
[1:02:58] Zoals mevrouw Moedler ook al zei.
[1:02:59] Kan vanuit de regering worden uitgelegd hoe zij hiernaar kijken?
[1:03:02] Want volgens mij zijn deze adviezen niet overgenomen en dan ben ik natuurlijk zeer benieuwd waarom niet.
[1:03:06] Want het klinkt mij als erg redelijk en verstandig in de oren.
[1:03:13] Dan over het onderscheid tussen de aangehouden jeugdige verdachtigen en de niet aangehouden jeugdige verdachten.
[1:03:19] Als het gaat om het recht op kosteloze consultatie en verhoorbijstand door een advocaat.
[1:03:23] Volgens de jeugdrechtadvocaten is dit een strijd met een EU-richtlijn.
[1:03:26] Dit standpunt wordt gesteund in de rechtspraak.
[1:03:29] Daarom heeft in de praktijk ook de niet aangehouden jeugdige verdachten recht op kosteloze rechtsbijstand bij het politieverhoor.
[1:03:36] Maar als ik het goed begrijp is dit recht nog niet opgenomen in de voorgestelde regeling.
[1:03:41] Klopt dit en zou dit dan niet verstandig zijn?
[1:03:43] Is er reden om dit wel of niet aan te vullen?
[1:03:45] Graag een reactie.
[1:03:47] Dan nog over de mogelijkheid om prejudiciële vragen te stellen in het strafrechtproces.
[1:03:51] Hierdoor kan de feitenrechter op korte termijn antwoord krijgen van de Hoge Raad als dat nodig is om in de voorliggende zaak de juiste beslissing te nemen.
[1:03:59] Hier ben ik positief over, want al in 2014 deden wij deze oproep in de motie Dijkhof van Nispen.
[1:04:06] En het doel, die snelle duidelijkheid, die kan alleen worden behaald als de prejudiciële vraag voortvarend wordt beantwoord.
[1:04:14] Toch is er niet voor gekozen een maximaal termijn hieraan te stellen.
[1:04:17] En ergens begrijp ik dat ook wel, want geen zaak is hetzelfde.
[1:04:20] Maar nu hebben we helemaal geen maximum.
[1:04:21] En de vraag die ik vandaag wil stellen is hoe verstandig dat dan is.
[1:04:25] De Orde van Advocaten die pleit bijvoorbeeld maximaal zes maanden voor een antwoord.
[1:04:29] Ik weet niet zeker of dat realistisch is, maar ik snap ergens het idee wel.
[1:04:33] En dan loopt nu nog een pilot, maar komen de resultaten van die pilot op tijd genoeg om bijvoorbeeld in de aanvullingswet te verwerken.
[1:04:41] Ja, bijna tot slot.
[1:04:42] Ik constateer dat paragraaf 1.5 in boek 6 gereserveerd is voor regels over vervolging van bewindspersonen en kamerleden voor armsdelicten.
[1:04:50] Omdat dit breder herzien wordt.
[1:04:51] Commissie Fokkens.
[1:04:53] Ik vind het goed dat hiervoor een plekje wordt overgehouden.
[1:04:56] Maar waarom duurt het zo verschrikkelijk lang?
[1:04:57] Want het is inmiddels zonder overdrijven tien jaar geleden.
[1:05:00] Ook weer een kut een beetje uit de historie.
[1:05:03] Maar dat ik in de commissie Schouten zat en onderzoek moest doen naar het lek uit de commissie Stiekem.
[0:00:00] 2015 was dat.
[1:05:08] En het was een onmogelijke opdracht.
[1:05:10] En toen bleek nog maar weer eens dat de Kamer eigenlijk met de huidige regeling niet goed uit de voeten kan.
[1:05:15] Toen is de commissie focus gevraagd, die heeft grondig werk gedaan.
[1:05:17] Inmiddels ligt er een conceptwet.
[1:05:19] Maar wanneer kunnen we nu echt voortgang verwachten?
[1:05:21] Omdat het eigenlijk niet meer van deze tijd is hoe de regels nu luiden.
[1:05:25] En dan helemaal tot slot het amendement dat ik samen met mevrouw Moedler heb ingediend over het herstelrecht voor jeugdige.
[1:05:31] Ja, ik vind dat uitstekend toegelicht.
[1:05:33] Ik heb daar denk ik nog maar één ding aan toe te voegen.
[1:05:35] En dat is dat ik echt wel de vragen begrijp over... Ja, maar er zijn toch ook hele zware criminelen?
[1:05:41] Jazeker, daarom is dit ook niet voor alle gevallen verplicht voorgeschreven.
[1:05:45] En ik begrijp ook de vraag... Goh, is dit nou niet erg...
[1:05:50] ...dwingend voorgeschreven hoe openbaar ministerie en rechters in bepaalde zaken dienen te oordelen.
[1:05:55] En die vraag snap ik ook.
[1:05:57] Maar dan antwoord is volgens mij tweeledig in aanvulling op wat mevrouw Muttelaar erover zei.
[1:06:01] Allereerst is het toch een soort stapeling.
[1:06:03] Want het begint met lid 1 dat onderzocht wordt of er gronden zijn... ...om prioriteit te geven aan de inzet voor mediation.
[1:06:09] Vervolgens ook het idee dat je ambtshalve wil onderzoeken of er reden voor is...
[1:06:16] En als er dan reden is voor een mediation of herstelrechtvoorziening...
[1:06:20] dan moet er wel een goede reden zijn om alsnog ook over te gaan tot het opleggen van gevangenisstraf.
[1:06:26] En dat moet dan worden gemotiveerd.
[1:06:27] Dus volgens mij deugt het rechtsstatelijk gezien in die zin in ieder geval meer dan bepaalde voorstellen... die ook van partijen wel eens langskomen om de bevoegdheid van de rechter dusdanig in te perken... dat bijvoorbeeld in het geheel geen taakstraf mag worden opgelegd voor bepaalde feiten.
[1:06:43] Dus dat zijn volgens mij de echte inperkingen.
[1:06:45] Daar valt...
[1:06:46] Daarbij valt dit nog wel mee.
[1:06:48] Ik denk dat het net kan, maar we staan er voor open, zeiden we net al tegen elkaar.
[1:06:52] Als het beter kan worden, als het beter moet worden, dan staan we daar voor open en dan gaan we daar absoluut toe over.
[1:06:58] En in de richting van de heer Koops, dan helemaal tot slot, zou ik nog willen zeggen.
[1:07:01] Ik snap zijn standpunt, dat hij zegt, volgens mij kan het naast elkaar bestaan.
[1:07:06] Zowel zwaardere straffen voor de allerernstigste strafbare feiten...
[1:07:11] Als je daar al voor bent.
[1:07:12] Die wetten gaan we natuurlijk afzonderlijk bespreken.
[1:07:15] Maar ook een herstelrechtvoorziening.
[1:07:17] Toch om te kijken hoe je dat vaker kunt toepassen.
[1:07:21] Hoe je dat kunt stimuleren.
[1:07:23] Dat nog even ten overvloede.
[1:07:25] Dat was het, voorzitter.
[1:07:28] Dan laat ik de opmerking over taakstrafverbod maar voor wat het is.
[1:07:31] Collega Van Espen.
[1:07:33] U maakt zich wel schuldig aan hetzelfde.
[1:07:37] Maar dat doen we in tweede termijn wel.
[1:07:39] Ik geef het woord aan collega Van Espen.
[1:07:48] Wij geven de staatssecretaris enige tijd om de beantwoording goed vroeg te bereiden.
[1:07:52] En mijn voorstel is om dan te schorsen tot vier uur.
[1:07:56] Ja.
[1:08:01] Nee, maar de toezegging is mij gedaan.
[1:08:04] Dat dan de antwoorden ook beknopter worden.
[1:08:06] En zodanig dat u daar ook niet veel vervolgvragen bij nodig heeft.
[1:08:09] Oké, twintig minuten.
[1:08:12] We laten het bij vier uur.
[1:57:06] Welkom terug bij de vaste Kamercommissie Justitie en Veiligheid.
[1:57:08] Wetgevingsoverleg over de boeken 5 en 6 van het wetboek van strafvordering.
[1:57:13] We zijn toegekomen aan de eerste termijn van de beantwoording van de staatssecretaris.
[1:57:17] En die geef ik daartoe graag het woord.
[1:57:21] Voorzitter, ik zal de vragen in drie blokken beantwoorden.
[1:57:24] Het eerste betreft boek 5.
[1:57:26] Het tweede betreft boek 6.
[1:57:28] Maar in het bijzonder jeugd.
[1:57:29] En dan zijn er nog een drietal vragen op andere onderwerpen uit boek 6.
[1:57:34] Ik begin met boek 5 en dan eerst met de vraag van mevrouw Mutluwer en de heer Van Nispen.
[1:57:40] De gevolgen van het nieuwe proces in hoger beroep, met name voor de verdachten zonder rechtsbijstand.
[1:57:46] De leden vragen aandacht voor de nieuwe vormgeving en de verantwoordelijkheid van de verdachte om alle relevante punten naar voren te brengen.
[1:57:53] Allereerst, het voortbouwend appel is niet nieuw, maar al in 2007 ingevoerd.
[1:57:59] Het nieuwe wetboek bouwt hierop voort in artikel 5, 4, 19.
[1:58:05] Het voortbouwende appel houdt in dat de appelrechter bij de behandeling van het hoger beroep een beginsel kan uitgaan van het onderzoek van de rechter in eerste aanleg.
[1:58:12] Hij hoeft de zaak niet over te doen, maar kan zich vooral richten op de bezwaren van het openbaar ministerie en de verdachten tegen het fonds in eerste aanleg.
[1:58:20] De appelrechter behoudt wel de mogelijkheid om de onbestreden onderdelen van het fonds zelf aan de orde te stellen en te toetsen.
[1:58:28] De verdachte die hoge beroep heeft ingesteld kan via een schriftuur, maar ook mondeling op de terechtzitting, bezwaren opgeven.
[1:58:35] Dit is bijvoorbeeld van belang als hij niet wordt bijgestaan door een raadsman.
[1:58:39] Van de verdachte zonder raadsman wordt geen juridisch onderbouwd betoog verwacht.
[1:58:43] Verdachten die procederen zonder bijstand van een raadsman zijn veelal goed in staat in eigen woorden aan te geven waarom zij hoge beroep hebben aangetekend en waarom zij het niet eens zijn met de beslissingen die de rechtbank in zijn zaak heeft genomen.
[1:58:56] Bij een verdachte zonder rechtsbijstand is het gerechtshof nog meer alert op de mogelijkheid dat er verdedigingsrechten kunnen worden uitgeoefend en zal het tijdens de behandeling van de zaak bijzondere aandacht schenken aan het gesprek met de verdachte.
[1:59:09] De rol van de rechter is dan dus juist actiever.
[1:59:13] Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat Grijshof op de terechtzitting doorvraagt als de verdachte geen bezwaren opgeeft of deze niet duidelijk toelicht en dat het informatie verstrekt die de verdachte voor zijn verdediging behoeft.
[1:59:25] Dit is van groot belang tegen de achtergrond van het recht op een eerlijk proces dat ook de rechter in appel zal sturen in de mate waarin hij zich actief opstelt.
[1:59:39] Het is dus niet anders qua resultaat... waar het de verantwoordelijkheid betreft die de rechter neemt voor de uitspraak.
[1:59:50] Wat wel anders is, is het beslismodel.
[1:59:54] Maar dat zou geen wezenlijke materiële nieuwe gevolgen moeten hebben... voor het proces in hoger beroep.
[2:00:03] Als u op prijs stelt om meer toelichting op het beslismodel te krijgen...
[2:00:11] Mevrouw Moeder wil nu al voor een vraag.
[2:00:14] Ik probeer het te volgen, voorzitter.
[2:00:16] Het mag iets concreter.
[2:00:20] Maar als u dat gaat doen, dan wacht ik even.
[2:00:23] Ik heb getracht concreet te maken dat het naar onze inschatting geen gevolgen krijgt dat de nieuwe vormgeving van het proces en appel met inbegrip van het nieuwe beslismodel geen gevolgen zal hebben voor de verdachte zonder rechtsbijstand.
[2:00:46] Mevrouw Mütleur vroeg ook naar het monitoren van de gevolgen.
[2:00:51] Er zijn twee wijzen voorzien voor het monitoren.
[2:00:54] De bekende wijze de evaluatie en de invoeringstoets.
[2:00:57] De gevolgen van de nieuwe procedure van hoger beroep kunnen worden meegenomen in de evaluatie van het wetboek.
[2:01:04] Zoals gebruikelijk binnen vijf jaar na inwerkingstreding.
[2:01:07] Maar de invoeringstoets vindt plaats na één jaar en na drie jaar.
[2:01:11] Na onze inschatting kan de procedure in hoge proepen het beste na drie jaar worden meegenomen in de invoeringstoets.
[2:01:17] Omdat binnen één jaar na inwerking en treding mogelijk nog onvoldoende gegevens beschikbaar zijn.
[2:01:27] Ik had daar een motie over gemaakt om het na een jaar toch mee te nemen.
[2:01:31] Mochten we niet met een amendement komen of wel met een amendement komen die het niet haalt.
[2:01:35] Om het eventueel dan via een invoeringstoets te monitoren hoe de nieuwe regels voor het hoger beroep dan ingaan.
[2:01:43] En ik overweeg wel dan, gelet op wat ik nu heb gehoord, om wat wijzigingen door te voeren.
[2:01:48] Dus meld ik maar nu even.
[2:01:52] De staatssecretaris.
[2:01:55] Dan kom ik op de verplichte bijstand in hoger beroep.
[2:02:01] De regeling in het wetboek van strafvordering en de wet op de rechtsbijstand waarborgen dat verdachten ook in hoger beroep in de meeste gevallen van rechtsbijstand kunnen worden voorzien.
[2:02:12] Onder verplichte rechtsbijstand en hoger beroep versta ik dat voor alle verdachten een aanwijzing van een raadsman wordt voorzien.
[2:02:22] Dus niet alleen voor verdachten, voor wie nu al op grond van de wet een raadsman wordt aangewezen.
[2:02:26] Kortom, gesubsidieerde rechtsbijstand die voor elke verdachte kosteloos zou zijn.
[2:02:32] Het hoeft geen betoog dat dit kostbaar zou zijn.
[2:02:34] Mevrouw Mutluwer en de heer Elian wezen hier ook al op.
[2:02:38] niet uitgesloten kan worden dat voor elke verdachte kostloos beschikbaar stellen van gesubsidieerde rechtsbijstand... een aanzuigende werking heeft op het aantal keren dat hoge beroep wordt ingesteld.
[2:02:50] Het zorgvuldig in kaart brengen van de financiële consequenties van verplichte rechtsbijstand in hoge beroep... vergt nader onderzoek en tijd.
[2:02:57] Ik kan niet toezeggen dat ik uw Kamer hierover kan informeren voorafgaand aan de plenaire behandeling.
[2:03:03] Maar in het wetgevingsoverleg over...
[2:03:06] Over boek 2 heb ik toegezegd uw Kamer in het derde kwartaal van dit jaar te informeren over een geactualiseerd overzicht betreffende de effecten van het nieuwe wetboek op de gesubsidieerde rechtsbijstand.
[2:03:18] Ik kan verplichte rechtsbijstand in hoge beroep daarbij betrekken.
[2:03:26] Nou zie ik sommige leden knikken, inclusief mijzelf.
[2:03:30] Maar als de staatssecretaris zegt ik kan dat doen, is dat dan iets wat we als toezegging kunnen noteren?
[2:03:35] Of is daar dan bijvoorbeeld een motie voor nodig?
[2:03:38] Ik vraag dat ook even, omdat we daar in het kader van de toezeggingen registratie.
[2:03:43] Ik zal dat doen.
[2:03:46] Dank, dat is concreet.
[2:03:48] De heer Koops.
[2:03:50] Op gevaar af voor mijn beurt te spreken.
[2:03:52] Maar gaat de staatssecretaris ook nog iets zeggen over het geval dat in eerste aanleg er geen advocaat was.
[2:03:58] En in tweede aanleg ook geen.
[2:04:02] Dus dat wordt voorzien dat in ieder geval in een van beide aanleggen er sprake was van rechtshulp.
[2:04:21] Ik kom erop terug in tweede termijn, als het goed is.
[2:04:26] Dan kom ik op de vraag wat de instrumenten constatatie in het belang van de wet en de prejudiciële procedure betekenen als het gaat om vragen in zaken lagere regelgeving, zoals een gemeentelijke verordening.
[2:04:41] Bijvoorbeeld beperkingen van het demonstratierecht, vraag van mevrouw Moodluwer.
[2:04:47] Zoals mevrouw Muthu er aangeeft, zal de mogelijkheid om cassatieberoep in te stellen tegen een verordening van een provincie, de gemeente op grond van een APV of van een waterschap, of indien het om een verordening van een met toepassing van de wet gemeenschappelijke regelingen ingesteld openbaar lichaam gaat, het huidige artikel 404 via de lid, in bepaalde gevallen niet worden gehandhaafd.
[2:05:14] Om misverstanden weg te nemen wil ik benadrukken dat hoge beroep en cassatie tegen veroordeling op grond van de hiervoor genoemde lage regelgeving wel gewoon openstaat als de opgelegde geldboete hoger is dan 50 euro, dat is de appeldrempel, of 250 euro, dat is de cassatiedrempel, en in situaties waarin er een andere straf of maatregel is opgelegd.
[2:05:37] Dus het gaat om gevallen waar niet al op deze basis hoge beroep en cassatie mogelijk is.
[2:05:45] De gewenste controle door de Hoge Raad blijft dan bestaan, maar krijgt nu op een andere wijze vorm.
[2:05:50] In twee opzichten.
[2:05:51] Allereerst kan de rechter die moet oordelen over de terlastlegging van een in lagere regelgeving opgenomen verboden gedraging.
[2:05:58] Die rechter kan rechtsvragen die daarbij opkomen via een prejudiciële vraag voorleggen aan de Hoge Raad.
[2:06:05] op grond van titel 2.3 van boek 6.
[2:06:08] De officier van justitie en de verdachte kunnen de rechtbank vragen om dat te doen.
[2:06:14] En zij mogen, als de rechtbank besluit een prejudiciële vraag aan de Hoge Raad te stellen... een standpunt innemen over de inhoud van de te stellen vraag.
[2:06:23] De procespartijen hebben dus daadwerkelijk invloed op de beslissing... om een prejudiciële vraag te stellen en op de inhoud daarvan.
[2:06:31] Als een rechtsvraag langs deze weg in de Hoge Raad is voorgelegd, is het niet meer nodig om cassatieberoep in te stellen om een antwoord op de rechtsvraag te krijgen.
[2:06:43] Een tweede opzicht waarin de gewenste controle vorm kan krijgen, is de mogelijkheid die de procureur-generaal heeft om cassatie in de belang der wet in te stellen op grond van artikel 5.7.1.
[2:06:59] In de praktijk wordt de procureur-generaal vanuit de praktijk geattendeerd op zaken waarin een oordeel van de Hoge Raad wenselijk wordt geacht.
[2:07:10] bijvoorbeeld door advocaten, rechters of het Openbaar Ministerie.
[2:07:14] Zaken waarin belangrijke vragen aan de orde zijn over de uitleg van lagere regelgeving... kunnen dus ook langs deze weg aan de procureur-generaal worden voorgelegd... ter beoordeling of instelling van cassatie in het belang van de wet, opportunis.
[2:07:30] In het licht hiervan bestaan er voldoende waarborgen om rechtsbescherming te bieden... in zaken waarin lagere regelgeving centraal staat.
[2:07:39] Dan kom ik op de vraag of het verstandig is om meervoudige berechting in hoge beroep te verminderen.
[2:07:49] Bij de rechtbank wordt thans 17% van zaken meervoudig afgedaan.
[2:07:56] In hoge beroep is dat 80%.
[2:08:01] Meervoudige behandeling is aangewezen voor zaken die complex zijn, die over principiële rechtsvragen gaan of zaken die grote maatschappelijke onrust veroorzaken.
[2:08:12] In veel zaken is dat niet aan de orde.
[2:08:15] Veel zaken die bij de rechtbank als eenvoudig worden aangemerkt en door de politierechten worden behandeld,
[2:08:21] die kunnen ook in hoge beroep als eenvoudig worden aangemerkt.
[2:08:25] Want die zaken worden niet opeens meer ingewikkeld of meer fundamenteel... doordat hoge beroep wordt ingesteld.
[2:08:32] Daarom wordt voor zaken die in eerste aanleg enkelvoudig zijn behandeld... het uitgangspunt in hoge beroep hetzelfde als bij de rechtbank, namelijk enkelvoudig tenzij.
[2:08:43] Dit laat uiteraard onverlet dat een zaak alsnog kan worden verwezen... naar een meervoudige Kamer als daartoe aanleiding bestaat...
[2:08:50] En dat kan zijn, en daarmee kom ik op de vraag van de heer Koops en de heer Van Nispen, in zaken het verzoekrecht van de verdachte.
[2:09:00] De vraag of de verdachte in hoger beroep kan verzoeken om in hoger beroep de zaak te verwijzen naar een meervoudige kamer.
[2:09:09] Ja, inderdaad, de verdachte kan altijd verzoeken de zaak bij de Meervoudige Kamer aan te brengen.
[2:09:14] Hij kan dit voorafgaand aan de terechtzitting doen bij het instellen van een striftuur van bezwaren na het instellen van hoge beroep op grond van artikel 5.4.7 tweede lid.
[2:09:26] Of na ontvangst van de kennisgeen van ontvangst van de processtukken op grond van artikel 5.4.10.
[2:09:34] Ook tijdens het onderzoek op de terechtzitting kan de verwachte om verwijzing naar de meervoudige kamer verzoeken.
[2:09:41] De algemene regeling in boek 1 maakt verwijzing door enkelvoudige kamers naar meervoudige kamers mogelijk.
[2:09:46] En overigens ook vice versa op grond van artikel 1.2.6.
[2:09:52] Voor een verzoek daartoe tijdens de rechtszitting biedt artikel 4.2.6 de basis.
[2:10:01] Dat is de opvolger van het huidige artikel 328 en het ziet op een vordering van de officiële justitie of een verzoek van de verdachte tot het nemen van een rechtelijke beslissing.
[2:10:14] Via de schakelbepalingen, artikel 5.4.16 in verband met artikel 43, is dat artikel ook van toepassing in hoger beroep.
[2:10:24] Een onvolkomenheid die in aanloop naar dit wetgevingsoverleg werd ontdekt, is dat artikel 4.2.6 eerste lid spreekt van een verzoek tot het nemen van een rechterlijke beslissing op grond van de bepalingen in dat hoofdstuk.
[2:10:38] De algemene verwijzingregel in artikel 1.2.6 staat echter niet in dat hoofdstuk, maar in boek 1.
[2:10:44] Deze per ongeluk ontstaande leepte is dus mede dankzij de vraag van de heren Koops en Van Nist aan het licht gekomen.
[2:10:50] Daarvoor zijn wij u zeer aankentelijk.
[2:10:53] Deze onvoorkomenheid kan nog in het eerste aanvullingswet worden gerepareerd.
[2:10:56] En ik zeg hierbij dan toe, toezegging, dit dan ook te zullen doen.
[2:11:04] Ik kom op de vraag van de meer technisch, althans naar zijn zeggen, de meer technisch georiënteerde vraag in zaken van de heer Van Nispen in zaken 5.4.43 en 44.
[2:11:12] In...
[2:11:22] Uitgangspunt is dat behandeling plaatsvindt door een meervoudige kamer.
[2:11:27] Behandeling door een enkelvoudige kamer vindt plaats in de gevallen als in de wet bepaald.
[2:11:32] Artikel 1.2.5.
[2:11:34] In artikel 4.5.2 is aangeduid wanneer een zaak in eerste aanleg kan worden behandeld door de enkelvoudige kamer, de politierechter.
[2:11:42] En artikel 5.4.43 vormt dan de vergelijkbare bepaling in hoger beroep.
[2:11:49] Artikel 5.4.4 vertoont inderdaad enige overlap met artikel 43, maar artikel 44 heeft een andere functie, want artikel 44 regelt de oproeping van de verdachte.
[2:12:04] Het uitgangspunt is dat de verdachte wordt opgeroepen voor de enkelvoudige Kamer als de zaak in eerste aanleg is behandeld door de kantonrechter of de politierechter en deze een straf- of maatregel heeft opgelegd.
[2:12:14] Met dit voorschrift wordt beoogd en prikkeld gegeven meer zaken die zich daarvoor lenen enkelvoudig te behandelen in hoger beroep dan nu het geval is.
[2:12:22] Maar dit laat dus onverlet dat een zaak kan worden verwezen naar de meervoudige Kamer als daartoe aandeling bestaat zoals ik hiervoor uiteenzette.
[2:12:31] Kom ik op de vraag van de heer Van Nispen over het oordeel of de zaak eenvoudig is.
[2:12:37] En de verschillen die kunnen ontstaan tussen rechtshoven of zelfs binnenhoven.
[2:12:41] Verschillen zijn niet uit te sluiten, maar de verwachting is niet dat die groter zullen worden dan thans het geval.
[2:12:47] In de praktijk maakt het Ombar ministerie bij het aanbrengen van zaken de aanvankelijke selectie of een zaak voldoet aan de criteria voor enkelvoudige of meervoudige behandeling.
[2:12:55] En die selectie verloopt goed.
[2:12:57] Men kijkt onder andere naar de ernst van het strafbare feit, de vermoedelijke strafeis en de vragen die voor liggen in hoger beroep.
[2:13:05] Door nu in het wetboek hetzelfde uitgangspunt voor het aanbrengen van zaken te hanteren ten aanzien van zowel eerste aanleg als hoger beroep, wordt deze praktijk verder ondersteund, zo is de verwachting.
[2:13:16] Dan kom ik op de vraag van de heer Van Nispen in zaken de herzieningsregeling in verband met het novum criterium.
[2:13:27] Het klopt wat de heer Van Nist heeft opgemerkt.
[2:13:28] Het novumcriterium is ongewijzigd overgenomen uit het huidige wetboek van strafvordering.
[2:13:34] In 2012 is de regeling van herziening ten voordele ingrijpend herzien.
[2:13:40] En toen is ook het novumcriterium verruimd.
[2:13:43] Een nieuw gegeven, novum, kan een nieuwe feitelijke omstandigheid betreffen, maar ook een gewijzigd deskundige inzicht over al bekende feiten, bijvoorbeeld op basis van nieuwe forensische expertise.
[2:13:55] Maar het moet altijd gaan om een gegeven dat leidt tot het ernstige vermoeden dat de rechter, als hij met dit gegeven bekend zou zijn geweest, tot een ander veroordeel in de strafzaak zou zijn gekomen.
[2:14:06] Ik benadruk daarbij dat de drempel voor herziening in lijn met het uitzonderlijke karakter van dit buitengewone rechtsmiddel tegelijk voldoende hoog blijft.
[2:14:17] Daarnaast kan nu feitelijk onderzoek door de procureur-generaal bij de Hoge Raad worden gedaan naar de mogelijke aanwezigheid van een novum, waarbij ook het advies van de adviescommissie afgesloten strafzaken en de inbreng van deskundigen kan worden benut.
[2:14:31] De evaluatie van de herzienregeling door het WODC in 2018 leidde, ook na uitvoerig debat met uw Kamer, tot de conclusie dat er geen reden is voor verdere verruiming van het novumbegrip of de omschrijving daarvan in de wet.
[2:14:47] Mede tegen deze achtergrond is in het nieuwe wetboek daarom met beperkte aanpassingen volstaan en zijn alleen verwijzingen en terminologie afgestemd op andere onderdelen van het wetboek.
[2:15:03] Ik zie nu dat ik nog een vraag had over hoge beroep.
[2:15:06] De vraag van de heer Koops en de nogal fundamentele vraag in zaken verlenging van de termijn van twee weken naar drie maanden.
[2:15:17] De heer Koop stelde voor om de termijn voor het instellen van hoger beroep te verlengen naar drie maanden.
[2:15:25] De inschatting van het kabinet is dat dit negatieve consequenties zal hebben voor de doorlooptijden in het strafproces.
[2:15:34] De heer Koops noemde als argument voor het voorstel dat de verdachte zo meer tijd kreeg om te overwegen met zijn raadsman of hoge beroep moet worden ingesteld.
[2:15:43] Dat zou er wellicht in minder gevallen onnodig hoge beroep worden ingesteld.
[2:15:52] Wij denken dat het voorstel om de beroepstermijn dan zo te verlengen meer nadelen in zich bergt dan hoe het nu is geregeld.
[2:15:59] Als een verdachte direct na het fonds hoge beroep instelt, kan dit worden ingetrokken tot een week nadat de kennisgeving van ontvangst van het processtuk in hoge beroep aan de verdachte is betekend op basis van artikel 5.4.5.
[2:16:14] Dat is vaak maanden na het instellen van hoger beroep, omdat in veel gevallen het proces verbaal van de zitting en het fonds nog moeten worden uitgewerkt en de stukken moeten worden ingezonden naar het gerechtshof.
[2:16:27] Er is dus genoeg tijd om te overwegen of het hoger beroep wel moet worden doorgezet.
[2:16:35] En voor een dergelijke heroverweging van het ingestelde hoger beroep is ook alle ruimte als een verdachte na het instellen van een hoger beroep van raadsman wisselt.
[2:16:45] De toevoeging van een raadsman loopt tot het einde van de zaak in eerste aanleg.
[2:16:52] En dat omvat mede het adviseren over het instellen van het hoger beroep.
[2:16:58] Vanaf het ingestelde hoger beroep is een nieuwe toevoeging van een advocaat mogelijk.
[2:17:04] En die zal dan steeds een second opinion geven.
[2:17:06] Dat kan leiden tot intrekking van het ingestelde hoger beroep.
[2:17:11] Het terugdringen van de doorlooptijd is juist een belangrijk aandachtspunt voor het bestuurlijk ketenberaad.
[2:17:18] Dit voorstel zou een daaraan tegengestelde beweging zijn.
[2:17:22] En de vraag is of het voorstel inderdaad zal leiden tot minder hoger beroepen.
[2:17:27] Dat vergt een inschatting van subjectieve beweegredenen van mensen om in hoger beroep te gaan.
[2:17:36] Daarbij komt dat de langere doorlooptijd van het strafproces ertoe zou kunnen leiden dat het veel langer duurt voordat een tenuitvoerlegging vatbaar vondst of arrest beschikbaar is.
[2:17:47] En die langere duur is bezwaarlijk voor de maatschappij, voor de verdachte en vooral ook voor het slachtoffer.
[2:17:55] Al met al is de inschatting dat een dergelijke verlenging van de doorlooptijd als gevolg van een langere appeltermijn veel zwaarder op de keten zou drukken dan de last van vroegtijdig ingestelde hoger beroepen die later alsnog worden ingetrokken.
[2:18:19] Ten slotte in verband met hoger beroep.
[2:18:21] De vraag ook van de heer Koops.
[2:18:23] hoe het kabinet daartegen aankijkt om onderzoek te doen naar het aantal gevallen waarin er geen vertegenwoordiging was in hoger beroep.
[2:18:32] De Raad voor de Rechtspraak registreert niet de reden waarom verdachten geen rechtsbijstand hebben.
[2:18:37] Om die reden is het niet eenvoudig om hierna onderzoek te verrichten.
[2:18:41] Dat zal ik wel aan het WODC vragen in het kader van het onderzoek dat zij verrichten naar de gesubsidieerde rechtsbijstand.
[2:18:50] In artikel 1.4.7, tweede lid, wordt geregeld dat de verdachte van het recht op rechtsbijstand in kennis wordt gesteld.
[2:18:59] En dat gebeurt ten aanzien van hoger beroep in de volgende gevallen.
[2:19:03] Ten eerste door de kennisgeving van een door de officier van justitie ingesteld hoger beroep tegen een eindvondens, dat is onderdeel B. Of door de kennisgeving van ontvangst van de processtukken nadat hoger beroep is ingesteld tegen het eindvondens, onderdeel C.
[2:19:19] Op deze manier wordt gepoogd te voorkomen dat de verdachte niet weet hoe deze verdachte rechtsbijstand kan krijgen.
[2:19:26] Tot zover mijn opmerkingen over boek 5.
[2:19:34] Dan kom ik tot de antwoorden in zaken jeugd.
[2:19:49] Het onderdeel jeugdstrafrecht krijgt veel aandacht van uw Kamer en dat lijkt me uiterst verstandig en terecht.
[2:19:59] Ik begin met de vraag van de heer Van Nispen in zaak het recht op kosteloze consultatie en verhoorbijstand voor de niet aangehouden jeugdige verdachten.
[2:20:10] Jeugdige verdachten van een misdrijf die niet zijn aangehouden hebben inderdaad recht op kostloos rechtsbijstand voorafgaand aan en ook tijdens een politieverhoor.
[2:20:19] Dit recht wordt vastgelegd in de wet.
[2:20:22] De Raad voor de Rechtsbijstand voert al nu al beleid op grond waarvan voor minderjarige verdachten van misdrijven die worden uitgenodigd om op een plaats van verhoor te verschijnen, dat voor hen een raadsman wordt aangewezen.
[2:20:36] De consultatiebijstand en verhoorbijstand van een dergelijke raadsman is kosteloos.
[2:20:42] Ik meld u al dat er een wetsvoorstel is voorbereid ten behoeve van de versterking van de rechtsbijstand in het strafproces.
[2:20:48] En dit wetsvoorstel zal voorzien in een wettelijke grondslag voor dit beleid.
[2:20:55] Het wetsvoorstel is zoals ik meldde afgelopen vrijdag door de ministerraad aanvaard en wordt deze week naar de Raad van State gestuurd voor advies.
[2:21:05] Als het wetsvoorstel tot wet wordt verheven, dan zullen de wijzigingen uit dit voorstel via aanvullingswetgeving ook in het nieuwe wetboek van strafvordering worden opgenomen.
[2:21:16] Mevrouw Mutleur vroeg waarom er in het wetsvoorstel sprake is van een verruiming van de sanctiemogelijkheden voor de alleenzittende kinderrechter.
[2:21:27] In het wetsvoorstel is opgenomen dat de kinderrechter niet bevoegd is tot het opleggen van een vrijheidsstraf waarvan het onvoorwaardelijke deel de duur van zes maanden overstijgt.
[2:21:36] Het wetsvoorstel heeft het voorwaardelijke deel dat de alleenzittende kinderrechter mag opleggen niet beperkt.
[2:21:44] Artikel 6.1.17.
[2:21:48] Door naast ten hoogste zes maanden onvoorwaardelijke vrijheidsstraf ook een voorwaardelijke vrijheidsstraf te kunnen opleggen, krijgt de alleenzittende kinderrechter met dit voorstel meer ruimte om via bijzondere voorwaarden gericht aan gedragsbeïnvloeding te kunnen werken.
[2:22:05] Een voorwaardelijk strafdeel moet immers van voldoende lange duur kunnen zijn om de naleving van de bijzondere voorwaarden te bevorderen.
[2:22:14] Naar aanleiding van de vragen in het verslag over boek 6 wordt via de eerste aanvullingswet de duur van de totale vrijheidsstraf die de alleen zittende kenderechten kan opleggen beperkt tot een hoogste 1 jaar.
[2:22:30] Die beperking wordt neergelegd in 6.1.17 lid 2.
[2:22:35] Het onvoorwaardelijke deel daarvan mag maximaal 6 maanden zijn.
[2:22:40] De duur van één jaar sluit aan bij artikel 4.5.2 lid 2, waarin is bepaald dat de politierechter niet is bevoegd tot het opleggen van een gevangenisstraf van meer dan een jaar.
[2:22:53] Hoewel de wijziging een verruiming is ten opzichte van het huidige recht, waarin is bepaald dat de alleenzittende kinderrechter een vrijheidsstraf in totaal ten hoogste van zes maanden kan opleggen, is met de wijziging niet beoogd om een verschuiving van zaken van de meervoudige kamer naar de alleenzittende kinderrechter te bewerkstelligen.
[2:23:12] Langdurige, dus nog langduriger vrijheidsbeneming en het behandelen van
[2:23:19] Beslissen over complexere zaken is en blijft voorbehouden aan de meervoudige Kamer op grond van artikel 6.1.17.
[2:23:28] Een voorwaarde voor het enkelvoudig kunnen afdoen is namelijk ook dat de zaak van eenvoudigen aard is.
[2:23:38] Ik kom aan de vraag van de heer Van Nispen over de beschikbare informatie over de maximale sanctie.
[2:23:45] De betreffende systemen van de rechtspraak waren inderdaad enige tijd niet beschikbaar en daardoor kon de vraag niet eerder worden beantwoord.
[2:23:52] Inmiddels zijn de systemen weer operationeel, maar deze informatie is niet direct uit registratiesystemen te halen.
[2:23:59] De uitvraag is gedaan en ik kom daarop dan graag schriftelijk terug, in ieder geval voor de plenaire behandeling van het wetsvoorstel.
[2:24:10] Mevrouw Mutleur stelde een vraag over het uitgangspunt dat een jeugdige niet in een politiecel mag overnachten.
[2:24:19] Met name de vraag waarom dat uitgangspunt niet in de wet is opgenomen.
[2:24:23] Het uitgangspunt is dat een minderjarig verdachte alleen in de politiecel van justitiële jeugdinrichting verblijft als dit niet anders kan.
[2:24:31] De vrijheidsbeneming is voor een zo kort mogelijk duur.
[2:24:35] De vrijheidsbeneming van jeugdige verdachten bij een dergelijke vrijheidsbeneming...
[2:24:40] is er extra aandacht voor het voorkomen van een overnachting in een politiecel.
[2:24:45] Zo kan voor het ophouden van onderzoek en in verzekeringsstelling... elke geschikte plaats worden aangewezen op grond van artikel 6.1.10.
[2:24:54] En dat kan bijvoorbeeld ook zijn thuis of in een zorginstelling.
[2:24:59] Ook voor het ondergaan van voorlopig hechtenis... kan het bevel elke geschikte plaats vermelden...
[2:25:07] gezien artikel 6.1.17, zevende lid.
[2:25:10] Maar in de meeste gevallen zal ten uitvoerlegging van voorlopige rechtenis van jeugdverdachten plaatsvinden in de daarvoor bestemde justitiële jeugdinrichtingen.
[2:25:21] Mevrouw Moedler.
[2:25:25] In de praktijk leert dat het dus wel nog gebeurt, jeugdigen in een politiestijl, ondanks het beleidsuitgangspunt.
[2:25:34] Kan dat worden bevestigd door de staatssecretaris?
[2:25:38] De staatssecretaris?
[2:25:41] Ik heb daarop geen antwoord op dit moment.
[2:25:42] Daar kom ik op terug in de tweede termijn.
[2:25:45] Waarom stel ik die vraag?
[2:25:46] Omdat, nogmaals, die signaal hebben wij wel, dat dat helaas nog te vaak gebeurt.
[2:25:51] En we weten allemaal dat een langdurig verblijf in een politiecel ook wel schadelijk kan zijn voor de ontwikkeling van de jongeren.
[2:26:01] En in mijn beleving dus ook niet bijdraagt aan de pedagogische benadering van het jeugdstrafrecht, wat ook ons uitgangspunt is.
[2:26:10] Dus eigenlijk is de concrete vraag... in hoeverre rijmt dit met de praktijk?
[2:26:16] En ik heb ook een vraag gesteld over de VN-richtlijnen... die daar nadrukkelijk ook zich over uitspreken.
[2:26:22] En hoeveel... Hoe lang dat dan als laatste redmiddel wel kan worden toegepast?
[2:26:32] De staatssecretaris.
[2:26:33] Eh...
[2:26:37] Mijn uiteenzetting betrof natuurlijk het toekomstige recht en niet per se het heden.
[2:26:41] Ik moet erop terugkomen in de tweede termijn.
[2:26:43] En ik zal dan ook vermelden in hoeverre hetgeen ik beschreef, namelijk over elke geschikte plaats als wettelijk criterium.
[2:26:54] In hoeverre dat nieuw is ten opzichte van het huidige recht.
[2:26:56] Want dat zou ook betekenen dat er meer ruimte is om te voorkomen dat een jeugdige in een politiecel moet verblijven.
[2:27:02] U vroeg terecht ook naar de internationale verdragen.
[2:27:06] Inderdaad geldt voor vrijheidsbeneming van jeugd en verdachten het ultimum remedium beginsel op grond van artikel 10 van de Europese richtlijn uit 2016, nummer 800.
[2:27:16] En ook het internationaal verdrag in zaken de rechten van het kind, artikel 37.
[2:27:20] Het is goed dat u er aandacht voor vraagt.
[2:27:24] Zeker bij jeugdige verdachten moet op deze basis de vrijheidsbeneming altijd zoveel mogelijk beperkt zijn in duur.
[2:27:35] Ophouden van onderzoek en een verzekeringsstelling vinden plaats in het belang van het onderzoek.
[2:27:39] In deze relatief kortdurende fase van vrijheidsbeneming moeten veel onderzoekshandelingen worden verricht, waaronder identiteitsvaststelling, het inroepen van rechtsbijstand, het verhoor en de beoordeling of er een reden is de verdachte langer vast te houden.
[2:27:55] In het bijzonder bij jeugdige verdachten is deze fase bedoeld om een beeld te krijgen van de verdachte en zijn levensomstandigheden.
[2:28:02] Het voor jeugdigen verkorten van de termijnen voor het ophouden van onderzoeken in verzekeringsstelling zou het opsporingsonderzoek kunnen bemoeilijken, omdat de politie dan te weinig tijd heeft om binnen de termijnen het benodigde onderzoek uit te voeren.
[2:28:16] En dat zou dan tot gevolg kunnen hebben dat de officier van justitie vaker en eerder een vordering tot bewaring moet doen.
[2:28:24] En dus dat verdachten vaker en eerder een voorlopige hechting zouden worden genomen, wat nu juist niet de bedoeling is.
[2:28:31] Een ander effect van specifieke termijnen zou kunnen zijn dat in zaken waarin mogelijke voorlopige hechtenis nodig is, een vordering tot bewaring binnen de dan kortere termijnen voor ophouden van onderzoek en inverzekeringsstelling lastiger zou zijn te onderbouwen.
[2:28:49] In zulke gevallen zou de verdachte dus in vrijheid moeten worden gesteld zonder dat het onderzoek is afgerond, wat ook niet wenselijk is.
[2:28:56] De fase van ophouden van onderzoek en de inverzekeringsstelling duurt dus slechts zo lang als nodig is in het belang van het onderzoek.
[2:29:04] Het nieuwe wetboek bevat al twee voorschriften waaruit dat in algemene zin voortvloeit.
[2:29:10] Artikel 2.5.11 in zaken ophouden van onderzoek en artikel 2.5.14 lid 4 in zaken inverzekeringsstelling.
[2:29:19] Daar staat in het algemeen dat de verdachte, zodra het belang van het onderzoek het toelaat, in vrijheid wordt gesteld.
[2:29:26] Dit geldt ook als de termijn voor het ophouden van onderzoek of de inverzekeringsstelling nog niet is verschenen.
[2:29:32] In de systematiek van het nieuwe wetboek gelden deze algemene voorschriften uit boek 2 ook voor het jeugdstrafprocesrecht in boek 6.
[2:29:40] Een additioneel voorschrift in boek 6, dat inhoudt dat ophouden van onderzoek of in verzekeringstelling bij jeugdverdachten voor een zo kort mogelijk passende duur wordt bevolen, zou daaraan niks toevoegen.
[2:29:52] Ik teken daarbij aan dat op het moment van het geven van het bevel nog niet steeds is te voorzien wat een zo kort mogelijke passende duur is.
[2:30:03] En het is daarom dat de wet bepaalt dat al voor onderzoek opgehouden of in verzekering gestelde verdachten, zodra het belang van het onderzoek dat toelaat, in vrijheid wordt gesteld.
[2:30:15] Mevrouw Moedeloog.
[2:30:16] Ik snap de opsporingsbelangen, maar in hoeverre is dat in het belang van die pedagogische benadering die we als uitgangspunt nemen?
[2:30:25] Dat rijmt van mijn gevoel niet.
[2:30:28] De staatssecretaris.
[2:30:31] Het is onmiskenbaar dat de pedagogische functie centraal staat in het jeugdstrafprocesrecht.
[2:30:37] En typerend is voor het jeugdstrafprocesrecht.
[2:30:39] En ik denk dat dat uitgangspunt de toepassing van al deze bepalingen mede kleurt.
[2:30:45] En dus ook de vraag hoe lang...
[2:30:50] Hoe lang het is als er staat zo lang als nodig is in het belang van het onderzoek.
[2:30:57] Dat wordt mede gekleurd door de pedagogische functie in de algemene zin.
[2:31:04] Ja, dat is de positieve uitleg.
[2:31:06] Maar ik kan het ook negatief uitleggen.
[2:31:07] Op het moment dat er weinig capaciteit is of zaken duren heel erg lang... dan gaan nu opsporingsbelangen voor de belangen van in dit geval de jeugdige... en de schade die hem of haar kan worden berokkend als die in hechting is wordt gezet.
[2:31:22] VN spreekt van een maximum van 24 uur.
[2:31:25] Dus hoe rijmt nogmaals dat eerste uitgangspunt wat we hebben met...
[2:31:33] De bepaling die nu in dit wetsvoorstel staat.
[2:31:38] Ik begrijp het probleem en ik zie het belang.
[2:31:40] Maar ik denk niet dat specifieke termijnen in de wet voor jeugdige vervoerders de oplossing zijn.
[2:31:47] Als er capaciteitsproblemen zijn, dan zullen de risico's die ik schetste eerder zich materialiseren.
[2:31:54] Van sneller in bewaring stellen.
[2:31:59] Korte toelichting van de regeringscommissaris.
[2:32:01] Ja, even specifiek op wat u beroept zich op de Verenigde Naties, op de VN, die termijn van 24 uur.
[2:32:07] Binnen die termijn van 24 uur moet een functionaris over de vrijheidsbeneming hebben beslist.
[2:32:13] En dat is bij ons de officier van justitie die over de inverzekeringstelling oordeelt.
[2:32:18] Dus onze regeling is wel degelijk in overeenstemming met de VN-bepaling die u aanhaalt.
[2:32:27] Dan kom ik op de vraag van mevrouw Mutluur.
[2:32:31] Waarom het uitgangspunt dat voorlopige hechtenis slechts een uiterste maatregel kan zijn niet uitdrukkelijk in de wet is vermeld?
[2:32:38] Inderdaad is voorlopige hechtenis een uiterste maatregel en wordt alleen toegepast als het niet anders kan.
[2:32:44] Dat is het ultimum remedium beginsel.
[2:32:46] Dat is opgenomen in artikel 2.5.31.
[2:32:54] Dit voorschrift volgt uit de algemene regeling.
[2:32:58] Bij het bevelen van voorlopige hechtings wordt door de rechter onmiddellijk nagegaan of het bevel tot voorlopige hechtings kan worden geschorst.
[2:33:05] Dat de rechter dit na moet gaan volgt uit de algemene regeling en geldt ook onverkort voor jeugdige verdachten.
[2:33:13] Want hierop is in de regeling voor jeugdige verdachten geen uitzondering geformuleerd.
[2:33:17] Dus het algemene beginsel in 2.5.31 bepaalt ook het jeugdstrafprocesrecht.
[2:33:25] Dat brengt mij aan het eind van dit blok over jeugd bij de appreciatie van twee amendementen.
[2:33:31] Amendement nummer 23 en amendement nummer 37.
[2:33:35] Amendement nummer 23 is het amendement dat de heer Elian heeft ingediend.
[2:33:41] Dat betreft de situatie dat een ouder niet verschijnt en de vraag over een motiveringsplicht moet gaan gelden als de rechter geen medebrenging van de ouder beveelt.
[2:33:55] Het amendement betreft artikel 6.1.42, het tweede lid.
[2:34:01] en het beoogt daarin een motiveringsplicht voor de rechter op te nemen voor de gevallen waarin de ouder van een minderjarige verdachte niet op de zitting verschijnt en de rechter vervolgens niet beslist tot een bevel medebrenging van de ouder.
[2:34:16] Laat mij vooropstellen dat ik de achterliggende wens van de indiener deel om de ouder zoveel mogelijk te betrekken en aanwezig te laten zijn bij de strafzaken van een minderjarige verdachte.
[2:34:29] Dit in het licht van de pedagogische functie van het strafprocesrecht, jeugdstrafprocesrecht en de belangrijke rol die een ouder daarin pleegt te spelen of moet spelen.
[2:34:42] De minderjarige heeft het recht te worden vergezeld door de ouder.
[2:34:45] Dat recht om door de ouder vergezeld te worden is opgenomen in de wet.
[2:34:49] En oproeping en verschijning van de ouder op de terechtzetting is dan ook het wettelijk uitgangspunt.
[2:34:55] Dit uitgangspunt blijft onveranderd.
[2:34:59] Het is licht besloten in artikel 6.1.41, eerste lid, dat duidelijk verwoordt dat de ouder wordt opgeroepen om in persoon op de zitting te verschijnen.
[2:35:10] Indien de ouder desondanks niet op de zitting verschijnt, kan de rechter het onderzoek op de terechtzitting schorsen en de hernieuwde oproeping van de ouder bevelen op grond van artikel 42, eerste lid.
[2:35:22] Uit artikel 42 tweede lid volgt dan dat voor een vervolgzitting de medebrenging van de ouder kan worden bevolen.
[2:35:30] Medebrenging klinkt neutraal, maar het is een ingrijpend middel.
[2:35:34] Het houdt in dat de ouder tegen de wil door de politie wordt opgehaald en in hun cel van de rechtbank moet wachten tot de zaak begint.
[2:35:43] Bij de afweging of de rechter medebrenging beveelt, zal de rechter alle relevante factoren en omstandigheden moeten betrekken, waaronder ook het pedagogisch karakter van het jeugdstrafprocesrecht.
[2:35:58] De officier van justitie zal ook het pedagogische karakter betrekken bij het innemen van een standpunt over de schorsing van de zitting, zoals voorgeschreven in artikel 42.1 lid 1.
[2:36:12] Het eerste en het tweede lid van artikel 42 geven de rechter dus een bevoegdheid.
[2:36:17] Hij kan het onderzoek schorsen en hij kan de medebrenging van de ouder bevelen.
[2:36:23] Het niet uitoefenen van een bevoegdheid van de rechter kan echter niet worden gezien als een beslissing in de systematiek van de wet.
[2:36:31] En dus ook niet, zoals voorgesteld in het amendement, als een beslissing die moet worden gemotiveerd.
[2:36:39] Inhoudelijk stelt het amendement een motiveringsplicht voor in de gevallen waarin wordt overgaan tot een vervolgzitting en de bevoegdheid om de medebrenging van de ouder te bevelen niet wordt toegepast.
[2:36:49] En feitelijk betekent dit dat hierdoor als uitgangspunt zou gelden dat medebrenging van de ouder in beginsel wordt bevolen.
[2:36:58] Dat is een aanpassing die administratieve lasten en uitvoeringsconsequenties meebrengt.
[2:37:05] Daarnaast wijs ik nogmaals op het ingrijpende karakter van het bevel van medebrenging dat noopt tot behoedzaam gebruik van dit instrument.
[2:37:16] Ten slotte geldt dat het systematisch onjuist is.
[2:37:20] kan worden geacht dat uit het abonnement niet volgt dat ook een motiveringsplicht geldt voor de gevallen waarin ondanks het niet aanwezig zijn van de ouder op de zitting, niet wordt overgegaan tot een vervolgzitting.
[2:37:33] Dus tot aanhouding.
[2:37:35] En dus ook geen bevelmedebrenging voor de ouder wordt gegeven.
[2:37:39] De rechter ziet zich immers eerst gesteld voor de vraag of schorsing van de zitting nodig is indien de ouder niet is verschenen.
[2:37:47] Alles afwegend kom ik tot slotsom dat de aanneming van dit amendement in de vorm die het thans heeft door uw Kamer moet worden ontraden.
[2:37:55] Dus dit in het licht van de wens van de rechtspraak om dit een bevoegdheid te laten zijn en niet een verplichting.
[2:38:04] In het licht van het perspectief dat het pedagogisch karakter ter grondslag ligt aan de toepassing van al deze bepalingen.
[2:38:12] En dat dat ertoe zal leiden dat aanwezigheid van de ouder het uitgangspunt zal zijn in de besluitvorming op al deze bepalingen.
[2:38:22] En tenslotte dat het amendement het technisch wetsystematisch complex maakt.
[2:38:29] Doordat het om een bevoegdheid gaat waarbij het niet gebruiken van de bevoegdheid niet pleeg te worden gezien als een beslissing die gemotiveerd wordt.
[2:38:38] Op dit laatste punt zou ik de regeringscommissaris kunnen vragen om een toelichting te geven als u dat op prijs stelt.
[2:38:49] Wie ben ik om de regeringscommissaris van een toelichting te onthouden?
[2:38:52] Dat deel ik.
[2:38:53] We geven graag het woord aan de regeringscommissaris.
[2:38:55] Ja, dank u wel.
[2:38:57] Ik zal daar met name ingaan op de technische aspecten die aan het amendement kleven.
[2:39:04] De principiële vraag is inderdaad, willen wij de facultatieve bevoegdheid zoals die nu voorgesteld is in dit wetsvoorstel handhaven?
[2:39:13] Of willen wij toch terug naar een wat dwingender regeling waarin hernieuwde oproeping...
[2:39:21] Maar zoals het er nu staat, stuit het op een paar technische problemen.
[2:39:25] De eerste noemde u zelf al eventjes bij het presenteren van het amendement.
[2:39:30] Namelijk dat het staat dat het deugdelijk moet zijn gemotiveerd.
[2:39:35] En dat impliceert dat alle andere motiveringsplichten... dat je daar ook met een ondeugelijke motivering zou kunnen volstaan.
[2:39:42] Wij juristen redeneren vaak a contrario.
[2:39:46] Dus dat moeten we niet doen.
[2:39:50] De motiveringsplicht houdt vanzelfsprekend in dat het deugdelijk gemotiveerd wordt.
[2:39:55] Dus dat woordje zou ik zeker willen geschrapt zien.
[2:40:02] Een ander technisch punt is dat, de staatssecretaris zei het al, het niet uitoefenen van een bevoegdheid in de systematiek van het huidige wetboek, maar ook in het nieuwe wetboek, niet een beslissing oplevert.
[2:40:20] Ik geef een simpel voorbeeld.
[2:40:22] De wet schrijft voor dat de zitting openbaar is.
[2:40:26] En de rechter krijgt de bevoegdheid, in uitzonderlijke gevallen, om de deuren te sluiten.
[2:40:32] Als hij gebruik maakt van die bevoegdheid, moet hij dat natuurlijk motiveren.
[2:40:35] Dan is dat een beslissing die hij neemt, een bevel dat hij geeft.
[2:40:38] En dat moet gemotiveerd worden.
[2:40:40] Als hij niet gebruik maakt van die bevoegdheid, hoeft hij dat niet te motiveren.
[2:40:45] Want dat zou een enorme...
[2:40:48] terwijl, kijk, als er om verzocht wordt... of gevodderd wordt, natuurlijk moet dan...
[2:40:56] dat verzoek afwijzen of die vordering afwijzen... en dat is weer een beslissing die die moet motiveren.
[2:41:01] Maar als er niemand aan denkt van moet die deur misschien toch gesloten worden... in de meeste gevallen is daar geen reden voor... en staat het Europese verdrag daar ook aan in de weg... dan hoeft de rechter dat niet uit te leggen waarom hij dat niet doet.
[2:41:13] Het is ook uiteindelijk onwerkbaar, want de rechter heeft ook bijvoorbeeld de bevoegdheid... om de zitting te onderbreken voor het nemen van enige rust...
[2:41:23] Als hij dat niet doet, moet hij dat motiveren?
[2:41:26] Moet hij dat elk kwartier opnieuw gaan motiveren?
[2:41:28] Waarom hij niet van die bevoegdheid gebruik maakt?
[2:41:31] Dat levert een onwerkbare regeling op.
[2:41:33] Bovendien zou het consequenties hebben voor de regeling van het hoger beroep.
[2:41:37] Want daar staat dat je ook tegen tussenfondsen in hoger beroep moet gaan.
[2:41:41] Als je ieder niet toepassen van een beslissing een tussenfondsen zou noemen... dan zou dat ook allemaal in hoger beroep mee aan de orde gesteld moeten worden.
[2:41:53] Dat is een technische opmerking, want ik wil niet zeggen dat wat u wil niet te realiseren zou zijn.
[2:42:00] Maar dat betekent, net zoals bij het voorbeeld van het sluiten der deuren, dat u als regel toch voorop moet stellen dat de rechter een bevelmedebrenging geeft.
[2:42:11] En dat hij daarvan in uitzonderingsgevallen kan afwijken.
[2:42:16] dan is het de bevoegdheid om daarvan af te wijken en om het bevel niet te geven, dat is dan een beslissing die gemotiveerd kan worden.
[2:42:22] Maar dat vergt dus een andere constructie van de wet dan nu gegeven is.
[2:42:29] En het derde punt, dat noemde de staatssecretaris ook wat, ook al in de geldende regel is het zo, is de verplichting om tot nieuwe oproepingen over te gaan, dus tot schorsing van het onderzoek ter zitting, is verplicht, tenzij...
[2:42:43] Maar het bevel medebrenging is facultatief, is een discretionaire bevoegdheid.
[2:42:48] U keert het net andersom.
[2:42:51] U laat het helemaal aan de discretionaire bevoegdheid van de rechter over of hij het onderzoek wil schorsen en een nieuwe oproeping wil bevelen.
[2:43:02] Maar als hij het beveelt, dan zegt u, dan moet er een bevel medebrenging bij.
[2:43:07] Terwijl de rechter meestal een nieuw beveloproeping zal bevelen... als er een goede kans is dat de ouder daaraan zal voldoen.
[2:43:16] Met onwillige honden is het kwaad hazen vangen.
[2:43:20] Ouders die hun kind niet willen bijstaan op de zitting... die kun je wel met tien paarden naar de zitting slepen.
[2:43:26] Maar of de jeugdige verdachte daar zo mee gebaat is, weet ik niet.
[2:43:31] Dus ook op dit punt zou het amendement heroverweging verdienen.
[2:43:36] Dat was in zoverre mijn nadere toelichting.
[2:43:40] Ik kan me zo voorstellen dat dat een interruptie oproept bij de heer Elian.
[2:43:46] Dank overigens.
[2:43:47] Het laat zien hoe... Dank voor het antwoord, zowel de regeringscommissaris als de staatssecretaris.
[2:43:53] Het laat zien hoe... Ik krijg vaak de vraag, een amendement indienen, joh, dat...
[2:43:59] Dat doe je toch even, maar dat wordt toch erg onderschat hoe complex het is.
[2:44:04] En dan kan ik iedereen verzekeren dat hier best goed over na is gedacht.
[2:44:08] Maar het is ingewikkeld.
[2:44:12] Een vraag als het mag, voorzitter, aan zowel de regeringscommissaris als de staatssecretaris.
[2:44:17] Omdat ik beluister dat op zich de gedachte achter het amendement... Daaraf wordt gezegd dat is op zich natuurlijk een politieke keus.
[2:44:24] Maar die is te volgen, die gedachte.
[2:44:29] Is het mogelijk de komende weken, want we hebben denk ik een maand tot de plenaire behandeling nog, is het voorstelbaar dat het amendement in een juiste vorm met bijstand uiteraard op de juiste manier wordt vormgegeven?
[2:44:46] Of leent dit zich toch meer voor een vraag via een motie aan de regering?
[2:44:53] Met inachtneming van deze gedachte zou u zelf willen kijken naar een aanpassing van de wet.
[2:45:00] Dan wil ik dat uiteraard in overweging nemen.
[2:45:07] Ik denk dat we elkaar snel vinden als het gaat om het doel.
[2:45:11] En dat is in het licht van de pedagogische functie van het jeugdstrafhofsrecht... bewerkstelligen dat de ouder zo vaak en zoveel mogelijk aanwezig is.
[2:45:20] Ook om de ouder te kunnen aanspreken op de verantwoordelijkheden.
[2:45:24] Daar zit het probleem dus niet.
[2:45:25] Het zit meer in de uitwerking.
[2:45:27] Ik vind...
[2:45:28] het meer voor de hand liggen iets aan te passen in artikel 42 lid 1... dan in 42 lid 2 dat de medebrenging betreft.
[2:45:38] Mede gezien de nogal ingrijpende aspecten van een bevel tot medebrenging.
[2:45:43] Lid 1 betreft de nu facultatieve bevoegdheid... om het onderzoek te schorsen en de ouder opnieuw op te roepen... al dan niet tezamen met een bevel medebrenging.
[2:45:56] denkbaar is lid 1 weer te wijzigen van een facultatieve bevoegdheid... naar een regel die zegt schorsen tenzij.
[2:46:05] En dan moet er altijd worden geschorst.
[2:46:07] Dat kan, maar dan gaan we terug naar de situatie... waarvan de rechtspraak nu juist heeft aangegeven... dat dat vaak tot vertraging leidt.
[2:46:17] Ook als dat niet per se opportun is.
[2:46:19] Ook niet vanuit een pedagogisch perspectief.
[2:46:23] omdat het niks oplevert of omdat, nou, welke reden dan ook.
[2:46:28] Dus het is juist de rechtspraak die heeft gevraagd om dit een facultatieve bevoegdheid te laten zijn.
[2:46:35] Nou, in dit licht denk ik dat het goed zou zijn om nog nader van gedachten te wisselen.
[2:46:42] En als de indiener wil persisteren met een abonnement, dan geef ik een overweging dat die gedachtenvorming ook juist lid 1 betreft en niet zozeer lid 2.
[2:46:55] Dank u. Gaat u verder met de beantwoording?
[2:46:59] Dan kom ik aan het andere abonnement van mevrouw... Eerst nog mevrouw Moedler.
[2:47:06] Ik vind het heel constructief wat de staatssecretaris doet.
[2:47:09] Maar hij wijst ook naar de rechtsspraak.
[2:47:12] Wat vindt u er zelf van?
[2:47:14] De staatssecretaris.
[2:47:17] Ik zie... Ik hecht veel waarde aan het...
[2:47:24] Aan de rol van de ouder, in de zin van daar waar het opportun is.
[2:47:28] Ik vrees wel dat het gaat om situaties waarin er niet altijd veel van de ouder te verwachten is.
[2:47:34] Maar het moet tenminste worden geprobeerd.
[2:47:37] Dus ik geloof in alles wat ertoe leidt dat aan de ouder een grotere rol wordt toegekend.
[2:47:43] Tegelijkertijd ben ik gaarne bereid te denken dat de rechtspraak en de officier... de rechtspraak in ruime zin met inbegrip van de staande magistratuur... zich ook laat leiden door dit uitgangspunt.
[2:47:57] Dat het in het licht van de pedagogische functie van belang is om de ouderen bij te laten zijn...
[2:48:02] Desalniettemin vraagt de rechtsspraak om de aanpassing die in artikel 42 let 1 is neergelegd.
[2:48:10] Dus een facultatieve mogelijkheid.
[2:48:12] Dat doet mij denken dat de rechtsspraak het oog heeft op situaties waarin schorsing van de zitting...
[2:48:20] Om alsnog die ouderen erbij te krijgen.
[2:48:22] Niet zoveel zoden aan de dijk zetten.
[2:48:24] Ik zeg het maar even kort door de bocht.
[2:48:26] Terwijl het wel andere negatieve consequenties heeft.
[2:48:28] Ook voor de jeugdigen.
[2:48:29] Want dit betekent weer schorsing, nieuwe zitting.
[2:48:32] Dat is ook niet per se in het belang van de jeugdigen.
[2:48:35] Dus ik ben geneigd te denken, als het nu zo gevraagd wordt, dat we het moeten proberen met de systematiek die thans in artikel 42 besloten ligt.
[2:48:46] En daarbij dan steeds weer opnieuw aandacht moeten vragen voor de pedagogische functie en de rol van de ouder daarbij.
[2:48:54] U komt volgens mij op het volgende amendement.
[2:48:57] Dat van mevrouw Muutluwer en de heer Van Nispen komt en het tenminste zo van belang is.
[2:49:05] Dat gaat over herstelrecht voorzieningen voor minderjarige verdachten, amendement nummer 37.
[2:49:13] Het amendement beoogt in allerlei opzichten uitgangspunten op het gebied van herstelvoorziening voor jeugdige verdachten in de wet vast te leggen.
[2:49:28] En uw Kamer is ermee bekend dat ik het doel van het abonnement, namelijk bevordering van mediation, in heel algemene zinnen ondersteun.
[2:49:39] Ook in het algemeen bij strafzaken.
[2:49:42] En des te meer wanneer het gaat om strafzaken met een jeugdige verdachte.
[2:49:47] Toch ontraad ik het abonnement in deze vorm.
[2:49:54] In beginsel zijn de gewone bepalingen van het wetboek van strafvordering ook van toepassing op jeugdige verdachten.
[2:50:00] Boek 6, titel 1.1, bevat een bijzondere regeling met daarin bepalingen die gelden voor jeugdige verdachten, voor zover die afwijkend zijn of aanvullend op het gewone strafprocesrecht.
[2:50:12] En in boek 1 is reeds een algemene regeling van het herstelrecht opgenomen, die dus ook geldt voor het jeugdstrafprocesrecht.
[2:50:21] Het is niet nodig om die bepalingen uit boek 1 te herhalen in boek 6.
[2:50:27] De indieners hebben een ander amendement met nummer 27 ingediend voor boek 1...
[2:50:35] dat beoogt een algemene regeling voor mediation te geven... die dus ook gaat gelden voor zaken met jeugdige verdachten.
[2:50:42] In het eerste wetgevingsoverleg heb ik dit amendement al geapprecieerd... en heb ik ook aangegeven onder welke voorwaarden... ik het oordeel daarover aan de Kamer kan laten.
[2:50:52] En een van die voorwaarden, of de belangrijkste voorwaarden, denk ik... was dat de Amshal verplicht voor de officier van justitie... en voor de rechter om mediation te onderzoeken...
[2:51:01] uit het amendement nummer 27 zou worden geschrapt.
[2:51:05] Maar nu constateer ik dat die plicht ook weer terugkomt in amendement nummer 37... in het voorgestelde artikel 16a, tweede lid.
[2:51:17] En om dezelfde reden ben ik daarvan geen voorstander.
[2:51:21] Want er is voor een amshalve plicht dit te onderzoeken... geen draagvlak bij de rechtsspraak en bij het Openbaar Ministerie.
[2:51:29] Specifiek voor amendement nummer 37 merk ik op... dat het daarnaast ook nog andere ingrijpende gevolgen heeft.
[2:51:35] De bevoegdheden van de officiële justitie en de rechter... bij afdoening van een zaak worden door het amendement ingeperkt... zonder dat daarvoor een noodzaak aanwezig lijkt...
[2:51:46] Ik merk op dat de heer Elian daar ook al op wees dat dit een beperking is van de beslissingsmogelijkheden en de bewegingsruimte van de rechter.
[2:51:57] Want als een mediation is geslaagd, dan zou het abonnement ertoe leiden dat de zaak automatisch in een CPO van de officier van justitie of een eindezaakbeslissing van de rechter moet eindigen.
[2:52:07] Tenzij zij beslissen de zaak toch voor te zetten.
[2:52:11] In het geval zij besluiten de zaak voor te zetten, mag de rechter vervolgens op basis van dit abonnement geen vrijheidssanctie opleggen zonder dat de Raad voor de Kinderbescherming daarover heeft geadviseerd.
[2:52:23] Dit alles zou dus betekenen dat in de wet nieuwe, dwingende voorschriften worden vastgelegd voor afdoening van strafzaken ten aanzien van jeugdige verdachten.
[2:52:34] Ook in de huidige praktijk dienen de officier van justitie en de rechter zorgvuldig af te wegen welke afdoeningsbeslissing zij nemen en welke gevolgen zij verbinden aan een geslaagde mediation.
[2:52:46] En daarbij zijn ze wettelijk verplicht rekening te houden
[2:52:51] met de gevolgen, ongeacht de leeftijd van de verdachte.
[2:52:58] Bij de jeugdige verdachte staat bij de afweging van de officier van justitie en van de rechter... het pedagoogse doel van het jeugdstrafrecht centraal, zoals ik al toelichtte.
[2:53:09] En het is voor mij tegen deze achtergrond niet duidelijk welke toegevoegde waarde de voorgestelde punten in leden 3 en 4 van het amendement, het beoogde artikel 6.1.16a, zouden hebben.
[2:53:23] Ik ga ervan uit dat de regeling in het nieuwe wetboek, zeker als dat wordt aangevuld door middel van amendement nummer 27, dat die uitgangspunten in boek 1 reeds voldoen.
[2:53:37] Wat mij wel aanspreekt is de gedachte dat de Raad voor de Kinderbescherming een rol speelt bij de overweging om herstelrecht toe te passen.
[2:53:46] Het is nu al de wettelijke taak van de Raad van de Kinderbescherming om onderzoek te doen en advies te geven in jeugdstrafzaken.
[2:53:52] En dit advies kan ook het herstelrecht betreffen.
[2:53:55] Maar dat staat niet expliciet in de wet.
[2:53:58] De algemene adviestaak wordt vastgelegd in artikel 6.1.29 van het nieuwe wetboek.
[2:54:06] Ik zie in het abonnement een mooie kans op verbetering van de rol van het herstelrecht bij jeugdige verdachten.
[2:54:13] Het voorstel van de indieners om de Raad voor de Kinderbescherming in de wet expliciet een adviserende taak te geven ten aanzien van het herstelrecht spreekt mij dus aan.
[2:54:23] De vormgeving van deze taak in de wet moet wel goed bekeken worden.
[2:54:27] Er moet bijvoorbeeld rekening mee worden gehouden dat herstelrecht alleen mogelijk is als het slachtoffer daarmee instemt.
[2:54:32] En ook over de te volgen procedure moet zorgvuldig worden nagedacht.
[2:54:37] De formulering luistert nauw en ik ben graag bereid om in de tweede aanvullingswet de gewenste rol voor de Raad voor de Kinderbescherming op te nemen.
[2:54:47] En daarmee laat ik mij dan inspireren door het eerste lid van het voorgestelde artikel 6.1.16a van het amendement dat ik dus ontraad.
[2:54:58] Ik maak van de gelegenheid gebruik, want we komen al richting het eind, om naar voren te brengen dat in de praktijk al met herstelrecht wordt gewerkt in jeugdzaken.
[2:55:09] Ik heb cijfers over 2024.
[2:55:10] In 2024 is er in
[0:00:00] 1725 gevallen, 1, 7, 2, 5, verwezen ten behoeve van mediation.
[2:55:22] Dat betreft in 814 gevallen volwassenen.
[2:55:27] In 250 gevallen adolescenten, dus van 18 tot en met 22 jaar.
[2:55:32] En in 661 zaken jeugdige verdachten, jonger dan 18 jaar.
[2:55:39] Er is dus een goede basis in de praktijk...
[2:55:42] En ik werk er graag aan dat mediation in jeugdzaken vaker wordt toegepast en verder wordt ontwikkeld.
[2:55:48] Op dat punt zitten de indieners van het amendement en ik dus op dezelfde lijn.
[2:55:54] Een alternatief zou nog kunnen zijn dat de indieners het amendement 37 vervangen door een motie waarin ze vragen om de rol van de Raad van de Kinderbescherming bij mediation in de wet op te nemen en om de inzet van herstelvoorzieningen in de praktijk bij jeugdige verdachten te bevorderen.
[2:56:10] In dat geval kan ik het oordeel over die motie aan de Kamer laten.
[2:56:17] Ik dank u wel.
[2:56:18] Een interruptie van mevrouw Moedleur.
[2:56:20] Ik hoor de staatssecretaris.
[2:56:22] Het is natuurlijk jammer dat hij het op die manier apprecieert.
[2:56:28] Maar ik stel voor dat wij nog even goed kijken.
[2:56:32] naar dit amendement.
[2:56:36] Mede gelet ook op de opmerkingen die nu worden gemaakt.
[2:56:39] Ik denk dat er een kans ligt om in ieder geval de Raad voor de Kinderbescherming... iets meer ruimte te geven.
[2:56:46] Dus ik ga met collega Van Nist me even in conclaaf hoe we dat doen.
[2:56:50] Maar we hechteren ontzettend veel aan dat die herstelvoorzieningen... vaker worden gebruikt bij de jeugdigen...
[2:56:57] En ik snap wat de staatssecretaris zegt over het onderzoek van de officier van justitie of rechter.
[2:57:07] Dus ik laat het nog even indalen, voorzitter.
[2:57:09] En ik ga kijken of we zelf toch een amendement maken.
[2:57:14] Een andere.
[2:57:15] Wel in samenspraak met de medewerkers van de staatssecretaris.
[2:57:19] Of dat we een motie indienen.
[2:57:21] Daar komen we op terug.
[2:57:26] Dan ben ik hiermee aan het slot gekomen van de vragen in zaken het jeugdstrafprocesrecht.
[2:57:31] En dan heb ik nog een drietal vragen, nee twee vragen en een abonnement in de categorie overricht.
[2:57:37] Ten eerste de vraag van de heer Van Nispen in zaken een maximumtermijn voor de beantwoording van prejudiciële vragen.
[2:57:47] Die moeten inderdaad voortvarend worden beantwoord.
[2:57:50] Het doel van de prejudiciële procedure is immers dat de feitenrechter binnen korte termijn het antwoord krijgt op een rechtsvraag.
[2:57:57] De voorgestelde regeling bevat verschillende elementen die de voortgang moeten bevorderen.
[2:58:01] De rechter kan bijvoorbeeld afzien van het stellen van een vraag als die vraag tot een onevenredige vertraging zou leiden...
[2:58:09] En de verdachte kan zijn standpunt daarover naar voren brengen.
[2:58:12] En de Hoge Raad kan om deze reden afzien van het beantwoorden van de vraag als die ondanks bezwaar van de verdachte toch is gesteld.
[2:58:22] Het bezwaar van de verdachte of de officier van justitie uiteraard.
[2:58:27] Hier komt bij dat in het procesreglement van de Hoge Raad expliciet is bepaald dat de procedure met voortvarendheid moet worden gevoerd.
[2:58:37] Dit procesreglement van de Hoge Raad bevat termijnen voor het indienen van schriftelijke opmerkingen door de procespartijen.
[2:58:46] Ik zie geen aanleiding om hiernaast een termijn voor de beantwoording van de prejudiciële vragen in het wetboek van strafvordering vast te leggen.
[2:58:55] Naar verwachting zal een kortere doorlooptijd dan zes maanden in de praktijk overigens niet haalbaar zijn.
[2:59:02] Ik merk daarbij nog op dat de regeling van de prejudiciële procedure in de innovatiewet strafvordering is geëvalueerd.
[2:59:10] Uit die evaluatie blijkt dat de eerste prejudiciële vragen door de Hoge Raad binnen een periode van minder dan zes maanden zijn beantwoord.
[2:59:19] In de beleidsreactie op de evaluatie, die op 13 december jongstleden,
[2:59:27] naar uw Kamer is gestuurd.
[2:59:29] Daarin is aangegeven dat er op grond van de uitkomsten van het onderzoek... geen reden is voor het aanpassen van de wettelijke regeling... van de prejudiciële procedure in het strafrecht.
[2:59:39] Dat geldt ook voor de invoering van een wettelijke termijn.
[2:59:46] Dan kom ik op de vraag in zaken Amstelikte, paragraaf 1.5.
[2:59:54] Waarom duurt het zo lang?
[2:59:56] Ook de regering is van mening dat de huidige regels voor opsporing, vervolging en berechting van ambtsbestrijven begaan door Kamerleden en bewindspersonen niet meer van deze tijd zijn.
[3:00:06] Daarom is in het regeerprogramma opgenomen dat het kabinet doorgaat met de al aangekondigde herziening van deze regels in lijn met het advies van de commissie Fokkens.
[3:00:16] Twee wetsvoorstellen zijn in voorbereiding.
[3:00:19] Een wetsvoorstel voor aanpassing van de grondwet en een, op de aanpassing van de grondwet vooruitlopend, wetsvoorstel voor de aanpassing van gewone wetten, met name het wetboek van strafvordering.
[3:00:30] Een belangrijke stap is recent gezet.
[3:00:32] De wetsvoorstellen zijn in consultatie gegeven.
[3:00:35] Nadat de consultatietermijn op 1 maart 2025 afloopt, zullen de adviezen worden verwerkt en zullen de aangepaste wetsvoorstellen voor advisering worden gezonden naar de Raad van State.
[3:00:52] Al met al is de verwachting dat de wetsvoorstellen nog voor de zomer van dit jaar bij de Tweede Kamer kunnen worden ingediend.
[3:01:00] Dan kom ik ten slotte tot een appreciatie van het amendement met nummer 24 van de heer Elian.
[3:01:07] En dat betreft beklag over het overnemen van gegevens en het bevelen gegevens te verstrekken.
[3:01:14] Sorry, dat betreft dat beklag en het voorstel de regel in 6.4.5 eerste lid onder A te laten vervallen.
[3:01:26] Het amendement zou maken dat het niet meer mogelijk zal zijn om een klaarschrift in te dienen over het overnemen van gegevens en het bevel om gegevens te verstrekken.
[3:01:38] Hiermee wordt een werklastverlichting voor de politie, het openbaar ministerie en de rechtsspraak beoogd, zo lees ik in de toelichting op het amendement.
[3:01:48] De beklagmogelijkheden met betrekking tot gegevens zijn in het wetsvoorstel behouden.
[3:01:53] Het aanvankelijke voorstel in de consultatieversie van boek 6, om deze beklagmogelijkheden te schrappen, dat oorspronkelijke voorstel stuitte op kritiek van de adviesorganen, met name de Raad voor de Rechtsspraak en de Nederlandse Orde van Advocaten.
[3:02:08] Die kritiek hield in dat er niet een afdoend alternatief bestaat voor de mogelijkheid van beklag met betrekking tot gegevens.
[3:02:16] Dit terwijl het onderzoek van digitale gegevens in de opsporing alleen maar een grotere rol gaat spelen.
[3:02:24] Deze kritiek heeft tot behoud van deze beklagmogelijkheden in het wetsvoorstel geleid.
[3:02:30] Daarbij komt dat de beklagregeling ook bijdraagt aan de bescherming van de privacy van onverdachte burgers.
[3:02:37] De overgenomen of verstrekte gegevens kunnen immers ook op hen betrekking hebben.
[3:02:41] En hieraan zou ik niet willen afdoen.
[3:02:45] Ik heb oog voor de beperkingen in de capaciteit van de politie, het Openbaar Ministerie en de rechtspraak, maar het is ook juist de rechtspraak die op het belang van het behouden van de regeling wijst.
[3:02:57] De regeling van beklag over gegevens is weloverwogen tot stand gebracht en er is telkens een afweging gemaakt tussen de diverse betrokken belangen, zoals het belang van rechtsbescherming en het belang van stroomleiding van het strafproces.
[3:03:11] Het amendement geeft mij geen aanleiding om de gemaakte keuzes te heroverwegen en daarom ontraad ik het amendement.
[3:03:25] Hiermee ben ik tot het einde van de beantwoording gekomen.
[3:03:29] Ik dank u hartelijk.
[3:03:32] Dan gaan we kijken of er behoefte is aan een tweede termijn.
[3:03:36] Het mag ook kort een enkele zin.
[3:03:39] Ik heb zelf een enkele opmerking.
[3:03:41] Dus gaat u gang, meneer Elian.
[3:03:43] Waar ik elke week mee afsluit, maar dat vind ik wel belangrijk ook voor de handelingen.
[3:03:47] Dank voor de openhouding en de inhoudelijke beantwoording.
[3:03:50] Geeft stof tot nadenken.
[3:03:52] En we gaan ons beraden op hetgeen gezegd is.
[3:03:56] Dank u wel.
[3:03:57] Mevrouw Moetenoer.
[3:03:59] Ook mijn dank voor goede antwoorden.
[3:04:04] Dat maakt dat ik een aantal voorstellen, emoties of amendementen niet ga indienen.
[3:04:09] Dus dat is heel fijn.
[3:04:10] Ik ben in ieder geval blij met de antwoorden ten aanzien van Cassati.
[3:04:16] Dat was vrij helder, dus die laat ik voor wat het is.
[3:04:19] Ik denk nog wel even na over...
[3:04:24] Het expliciet opnemen van dat vrijheidsbeneming van jeugdigen enkel als ultieme remedio mag worden ingezet in de wet in overweging.
[3:04:34] Wellicht dat ik daar toch wel ergens mee kom.
[3:04:37] En wij gaan dus het amendement ten aanzien van herstelvoorzieningen aanpassen of niet indienen.
[3:04:43] Nou, we moeten even kijken wat we ermee doen.
[3:04:45] Of dat een motie wordt of zelf een amendement.
[3:04:47] En in dat licht heb ik nog één vraag als de minister, of minister, nou ja, wie weet.
[3:04:52] de staatssecretaris dat antwoord kan geven te zijn er tijd, of nu.
[3:04:57] Hoe hij kijkt naar de mogelijkheid om bij bijvoorbeeld de beslissing... over de voorlopige hechtenis van jeugdgen... ook verplicht advies van die Raad voor de Kinderbescherming mee te nemen.
[3:05:08] Of hij dat een goed idee vindt.
[3:05:09] Omdat we dus wellicht opnieuw naar die rol moeten gaan kijken.
[3:05:12] Ook in het wel of niet inzetten van herstelvoorzieningen.
[3:05:15] Dus ik bedacht me van, ook bij die voorlopige hechtenis...
[3:05:19] Zou een dergelijke expert een rol kunnen spelen?
[3:05:23] Maar ik kan nu niet even goed overzien wat dat dan betekent.
[3:05:27] En ik ben heel erg benieuwd hoe de staatssecretaris daar naar kijkt.
[3:05:33] Dank u wel.
[3:05:33] Het woord is aan de heer Koops.
[3:05:37] Ik heb de staatssecretaris horen zeggen dat hij in de tweede termijn nog ergens terug op zou komen.
[3:05:42] En ik piek me al tien minuten af wat dat ook nog maar was.
[3:05:46] Maar gelet op de snelheid van onze tweede termijn zou ik haast zeggen dat de staatssecretaris er ook voor kan kiezen volgende week dat bericht te geven.
[3:05:53] En dan zitten we hier toch weer.
[3:05:55] En verder sluit ik me honderd procent aan bij alle dank die reeds is uitgesproken en maakt die ook tot de mijne aan u.
[3:06:04] Ook dit doen we iedere week.
[3:06:04] Dan gaan we daarna nog even terug naar mevrouw Moedler.
[3:06:07] Ik had een motie, maar dat kan ik ook bij het plenair debat indienen.
[3:06:10] Dus ik wacht een paar keren.
[3:06:13] Het is allemaal goed.
[3:06:15] Dan heb ik zelf nog een enkele opmerking.
[3:06:19] Ik ga toch nog één keer resumerend, omdat het ook aanzet tot nadenken, terug naar het hoger beroep.
[3:06:25] En de zorgen over de rechtsbescherming die we hadden.
[3:06:27] De staatssecretaris zegt, het voortbouwend appel is niet nieuw.
[3:06:31] Het verplichten van rechtsbijstand, het invoeren, dat kost geld.
[3:06:35] En hoeveel weten we nog niet.
[3:06:36] ...enkelvoudige afdoening wordt het uitgangspunt... ...en het verlengen van een termijn van instellen van hoger beroep... ...nou, daar wil de staatssecretaris ook nog niet aan.
[3:06:44] Het is ook een optelsom der dingen... ...waarvan ik denk, het zijn toch de zorgen die ik hier wel behoud... ...over de rechtsbescherming in den brede.
[3:06:52] En ik weet nog niet goed...
[3:06:54] wat ik hier nou mee aan moet.
[3:06:57] Ik ga ook kijken naar de heer Koops... waar hij mogelijk mee komt bij de plenaire afronding.
[3:07:02] En anderen uiteraard.
[3:07:04] Omdat de heer Koops dat zo nadrukkelijk ook zei.
[3:07:07] Ik ga hier zelf geen amendement over maken... maar ik blijf hier wel bezorgd over.
[3:07:12] Positiever ben ik over de opmerkingen van de staatssecretaris... over de ambtsdelicten en de commissie Fokkens.
[3:07:17] Als het deze zomer zou worden ingediend...
[3:07:20] Zou het dan toch, tien jaar na dato, na de ervaringen in de commissieschouten waar ik in zat, die het lek van de commissie stiekem onderzocht, dat er dan toch iets gaat... Het heeft vrij lang geduurd, maar goed, dat is deze staatssecretaris niet te verwijten.
[3:07:33] En dan tot slot...
[3:07:36] Ja, over het herstelrecht van jeugdregen, ik sluit me wederom aan bij wat mevrouw Moedler erover zei.
[3:07:40] Ik zal de opmerking van de staatssecretaris over het inperken van de rol van de rechter, die zal ik onthouden als deze regering met een voorstel komt over het taakstrafverbod.
[3:07:48] Dat hebben we goed gehoord en opgeslagen.
[3:07:53] En ja, ik wil toch nog één vraag hierover stellen.
[3:07:56] De staatssecretaris wijst op de algemene regeling die misschien met ons amendement wordt verbeterd, ten aanzien van het herstelrecht voor medevol volwassenen.
[3:08:05] Het lijkt mij toch dat er bij jeugderen wel iets extra's nodig is.
[3:08:09] De staatssecretaris heeft wel een opening geboden... om te kijken naar die rol van de Raad voor de Kinderbescherming.
[3:08:12] En hij noemde ook die cijfers.
[3:08:14] En ja, dan is dat relatief veel.
[3:08:17] Maar op het totaal nog steeds niet zo heel erg veel.
[3:08:20] En ik denk dat het de intentie van mevrouw Moedler... Nou, dat weet ik, dat het die intentie was van ons... om juist een amendement in de wet te maken...
[3:08:32] het herstelrecht voorziening voor jeugdigen... juist nog meer vanzelfsprekend maakt dan het al voor de volwassenen was.
[3:08:37] Dus dat was natuurlijk de achtergrond van het amendement.
[3:08:39] Omdat het juist bij jeugdigen en het pedagogische uitgangspunt van het jeugdstrafrecht... nog meer van de hand ligt dan bij volwassenen.
[3:08:45] Om dat echt als eerste overweging te hebben.
[3:08:47] En dan hebben we het misschien hier en daar nog onhandig geformuleerd.
[3:08:50] Vergeef het ons.
[3:08:51] Dat is voor verbetering vatbaar.
[3:08:52] Dus we gaan ons beraden.
[3:08:53] Maar wellicht dat de staatssecretaris dat toch nog positief kan eindigen... om die gedachte te ondersteunen en daarbij te helpen.
[3:09:01] Dat was de tweede termijn van de kant van de Kamer.
[3:09:06] Dan kijken we naar de staatssecretaris.
[3:09:09] Voorzitter, mevrouw Mutluur stelde in de tweede termijn een vraag.
[3:09:17] Maar ik kan haar wellicht nu al verblijden met het antwoord... dat hetgeen zij naar voren bracht reeds is geregeld in artikel 6.1.8...
[3:09:29] Want daar staat dat de Raad van de Kinderbescherming in kennis wordt gesteld... op het moment dat de verdachte wordt opgehouden voor onderzoek.
[3:09:48] Dus daarmee speelt het advies van de Raad voor de Kinderbescherming... al een rol bij de beslissing over de afdoening en de voorlopige hechtenis...
[3:10:01] Dus de raadverkenning speelt al een rol.
[3:10:05] Maar nu herinner ik me dat u specifiek vroeg naar de verlenging van de voorlopige hechtenis.
[3:10:09] Ook.
[3:10:11] Ze kunnen worden betrokken, staat er toch?
[3:10:14] Het is iets vrijblijvender.
[3:10:16] Dus ik vraag me af hoe dat in de praktijk uitpakt.
[3:10:20] Onder andere.
[3:10:21] En inderdaad de tweede vraag.
[3:10:24] Mag ik voorstellen, dit betreft de voorlopige hechtenis en strichtgenomen is dat ook de portefeuille van de minister, dat we hierop terugkomen in een latere instantie, eventueel uiteindelijk in het plenaire debat.
[3:10:35] Via een schriftelijke terugkoppeling neem ik aan dan.
[3:10:42] Als ik mij hiermee mag bemoeien als bewaker van de orde.
[3:10:45] Ik denk dat dat op dit punt dan het nuttig zou kunnen zijn om de inbreng van de Kamer weer scherper te maken bij de plenaire behandeling.
[3:10:55] En niet pas in de termijn van de beantwoording van de regering.
[3:10:57] Dus als dat schriftelijk zou kunnen is dat denk ik behulpzaam.
[3:11:01] Nog een alternatief is dat we nog een wetgeheimsoverleg hebben volgende week.
[3:11:05] Waar de minister aanwezig zal zijn.
[3:11:06] Dus daar zou het ook nog terzijde aan de orde kunnen komen.
[3:11:11] Maar dit reist de algemene vraag van hoe gaan we verder in dit proces.
[3:11:15] Maar dat is misschien iets om afzonderlijk te bespreken.
[3:11:19] Mevrouw Muitleur had nog een vraag gesteld voor de tweede termijn.
[3:11:22] En dat betrof het verblijf in een politiecel.
[3:11:28] Inderdaad, het uitgangspunt is en blijft dat de jeugdige verdachte alleen in de politiecel mag verblijven als het niet anders kan en mag gestopt worden.
[3:11:39] Artikel 37 van het internationaal verdrag onderschrijft dit uitgangspunt.
[3:11:44] Op dit moment zijn er echter gevallen waarin er geen andere geschikte plaats beschikbaar is en het onderzoek wel noodzakelijk maakt dat een jeugdige wordt opgehouden voor onderzoek of in verzekering wordt gesteld.
[3:11:55] Het gaat dan meestal om 16 of 17-jarigen die verdacht worden van ernstige misdrijven.
[3:12:02] Ik bracht nog even de vraag op of een andere geschikte plaats, de formuleringen die in het wetsvoorstel te vinden zijn, of die nieuw zijn.
[3:12:11] Maar dat is niet het geval.
[3:12:13] Want die bewoordingen worden ook al een tans gebruikt in artikel 489 lid 3.
[3:12:17] En dat is dus niet nieuw in het wetboek.
[3:12:21] Tegelijkertijd onderstreep ik dat dit een uitzonderlijke situatie moet zijn en blijven, hoewel het dat niet altijd is.
[3:12:30] Dat snap ik, voorzitter.
[3:12:32] Het is praktijk, maar ik wil de praktijk in de wet opgenomen zien.
[3:12:36] Eigenlijk was dat de opmerking die ik maakte.
[3:12:42] Als ik me goed versta, dat het een uitzonderingssituatie moet zijn.
[3:12:49] In het algemeen onmogelijk maken, dat is misschien niet effectief.
[3:12:53] Maar ik noteer de gedachte dat het in de wet tot uitdrukking gebracht zou moeten worden.
[3:13:01] Dat geldt overigens ook voor de opmerking van de heer Van Nispen.
[3:13:06] De optelsom van beslissingen met betrekking tot de verschillende elementen van de regeling van hoger beroep.
[3:13:13] En de zorgen over de rechtsbescherming.
[3:13:15] De zorgen neem ik goede nota van.
[3:13:19] En misschien is dit inderdaad een onderwerp wat in het plenaire debat nadere aandacht moet krijgen, zoals u, voorzitter, ook suggereerde.
[3:13:34] Ten slotte nog één opmerking over de uitkomsten van de commissie Volkens.
[3:13:39] Ik zie op rechts dat ik wat al te vrolijk zei dat het voor de zomer zou komen.
[3:13:45] Maar dat moet ik nuanceren naar in of kort na de zomer.
[3:13:49] Maar op tien jaar zal een twee maanden extra verschil niet maken.
[3:13:53] En bovendien hoop ik dat de Kamerleden en bewindspersonen zich in die periode netjes gedragen.
[3:14:01] Ik geloof dat ik hiermee alle vragen heb beantwoord.
[3:14:06] Ik kijk naar links en mijn conclusie is niet anders.
[3:14:10] Dat betekent dat we bijna aan het eind gekomen zijn van dit wetgevingsoverleg.
[3:14:14] Ik zal de toezeggingen nog doornemen.
[3:14:16] Dat zijn er twee, als ik het goed zie.
[3:14:19] De staatssecretaris rechtsbescherming zegt de Kamer toe in het derde kwartaal van 2025 in het geactualiseerde overzicht betreffende de effecten van het nieuwe wetboek van strafvordering op de gesubsidieerde rechtsbijstand de financiële consequenties van verplichte rechtsbijstand in hoger beroep mee te nemen.
[3:14:36] De staatssecretaris rechtsbescherming zegt de Kamer toe voor de plenaire behandeling in maart 2025 de Kamer te informeren over de maximale sancties opgelegd door de alleenzittende kinderrechter.
[3:14:47] Dat was de vraag die reeds schriftelijk een keer was gesteld.
[3:14:50] Maar ik zie uw vraag aan het kijken.
[3:14:50] Hebben we het niet goed geformuleerd?
[3:14:57] Jawel.
[3:15:02] Ja.
[3:15:04] Er wordt akkoord gegaan met ook deze toezegging.
[3:15:07] Dan is er een einde gekomen aan dit wetgevingsoverleg.
[3:15:10] Ik bedank heel hartelijk de staatssecretaris en ondersteuning... en de regeringscommissaris en nogmaals alle ambtenaren... weer hard gewerkt in de Suze Groenewegzaal.
[3:15:17] De bode, de dienstverslag en redactie, de mensen op de publieke tribune... en natuurlijk onze gevier en de aanwezige Kamerleden... en alle mensen die dit op andere wijze hebben gevolgd.
[3:15:27] Hartelijk dank allemaal en ik wens u alvast een hele fijne avond.