Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Terug naar pagina : PersPersHuidige pagina:EP steunt nieuwe regels voor fatsoenlijke minimumlonen voor werknemers in de EU
Terug naar pagina : PersPersTerug naar pagina : PersPersTerug naar pagina : PersPersHuidige pagina:EP steunt nieuwe regels voor fatsoenlijke minimumlonen voor werknemers in de EUHuidige pagina:EP steunt nieuwe regels voor fatsoenlijke minimumlonen voor werknemers in de EUHuidige pagina:EP steunt nieuwe regels voor fatsoenlijke minimumlonen voor werknemers in de EU
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
Minimumloon moet zorgen voor fatsoenlijke levensstandaard
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
EU-regels laten nationale loonvormingspraktijken ongemoeid
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Collectieve loononderhandelingen worden versterkt in landen waar minder dan 80 % van de werknemers erdoor worden beschermd
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
Recht op verhaal voor werknemers, hun vertegenwoordigers en vakbondsleden bij schending van de regels
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
EU-landen moeten zorgen dat minimumlonen fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden garanderen en dat collectieve loononderhandelingen worden aangemoedigd.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Met 505 stemmen voor, 92 tegen en 44 onthoudingen heeft het Parlement woensdag een nieuwe richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU goedgekeurd.
Het Parlement en de Raad bereikten in juni overeenstemming over de EU-wet, die tot doel heeft de werk- en leefomstandigheden van alle werknemers in de EU te verbeteren en economische en sociale vooruitgang te bevorderen. De wet voorziet in minimumvoorschriften die moeten zorgen voor toereikende wettelijke minimumlonen in lijn met het nationaal recht en/of collectieve arbeidsovereenkomsten, en verbetert de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumloonbescherming.
De nieuwe richtlijn geldt voor alle EU-werknemers met een arbeidsovereenkomst of - verhouding. EU-landen waar het minimumloon reeds uitsluitend via collectieve arbeidsovereenkomsten wordt beschermd, hoeven deze regels niet in te voeren en deze overeenkomsten niet universeel toepasselijk te maken.
Toetsingscriteria
Toetsingscriteria
Het vaststellen van minimumlonen blijft een nationale bevoegdheid, maar de lidstaten zullen ervoor moeten zorgen dat werknemers fatsoenlijk kunnen leven van de nationale minimumlonen. Daartoe zullen zij rekening moeten houden met de kosten van levensonderhoud en andere loonniveaus. Om te toetsen of hun wettelijke minimumlonen toereikend zijn, mogen de lidstaten een pakket goederen en diensten tegen reële prijzen vaststellen. Ze mogen ook het minimumloon vaststellen op 60 % van het mediaan brutoloon en 50 % van het gemiddelde brutoloon.
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen
Collectieve onderhandelingen op sectoraal en intersectoraal niveau zijn essentieel voor de vaststelling van toereikende minimumlonen. Ze moeten daarom worden bevorderd en versterkt volgens de nieuwe regels die de EP-leden vandaag hebben goedgekeurd. In landen waar minder dan 80 % van de werknemers door collectieve onderhandelingen wordt beschermd, moeten de lidstaten samen met de sociale partners een actieplan opstellen om dat percentage te verhogen.
Monitoring en verhaalrecht
Monitoring en verhaalrecht
Op grond van de overeengekomen tekst zullen de EU-landen een controlesysteem moeten opzetten, met betrouwbare monitoring, controles en inspecties ter plaatse, om de naleving te verzekeren en onrechtmatige onderaanneming, schijnzelfstandigheid, niet-geregistreerd overwerk of een verhoogde werkdruk aan te pakken.
Citaten
Citaten
Dennis Radtke (EVP, DE) zei na de stemming: "De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
"De huidige situatie toont eens te meer duidelijk aan dat we in Europa goed functionerende, sterke sociale partnerschappen nodig hebben. De politiek kan geen alomvattend antwoord geven op elk aspect van deze crisis."
Agnes Jongerius (S&D, NL) zei: "De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
"De prijzen voor levensmiddelen, energierekeningen en huisvesting rijzen de pan uit. Mensen hebben echt moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. We hebben geen tijd te verliezen, werk moet weer lonen. Deze richtlijn stelt de normen vast voor hoe een toereikend minimumloon eruit moet zien. Tegelijkertijd geven we een impuls aan collectieve onderhandelingen, zodat meer werknemers beter beschermd zullen zijn."
Volgende stappen
Naar verwachting zal de Raad het akkoord in september formeel goedkeuren. De lidstaten zullen vervolgens twee jaar de tijd hebben om aan de richtlijn te voldoen.
Achtergrond
In juli hebben de leden van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken hun steun uitgesproken voor het informele akkoord dat op 6 juni 2022 met de Raad is bereikt.
De hoogste minimumlonen zijn te vinden in Luxemburg, Ierland en Duitsland, en de laagste in Bulgarije, Letland en Estland. 21 van de 27 EU-landen hebben een wettelijk minimumloon. In de andere zes landen (Oostenrijk, Cyprus, Denemarken, Finland, Italië en Zweden) worden de lonen bepaald aan de hand van collectieve loononderhandelingen.
Het Parlement in de sociale media