Wetsvoorstel niet-indexeren maximum uurprijzen kinderopvang naar Tweede Kamer
Staatssecretaris Nobel (Participatie en Integratie) heeft het wetsvoorstel niet-indexeren van de maximum uurprijzen aangeboden aan de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel maakt het mogelijk om de maximum uurprijzen binnen de kinderopvangtoeslag in 2026 eenmalig niet te indexeren.
De maximum uurprijs is het maximale tarief waarover werkende ouders kinderopvangtoeslag ontvangen. Het eenmalig niet indexeren in 2026 is een van de afspraken uit het hoofdlijnenakkoord om de overheidsfinanciën beter in balans te brengen. Dit levert een besparing op van jaarlijks € 254 miljoen. Het kabinet acht dit passend, omdat er recent grote extra investeringen zijn gedaan – en nog volgen - in de kinderopvangtoeslag.
Zo zijn de maximum uurprijzen in 2024 met ruim € 500 miljoen verhoogd en krijgen de meeste ouders dit jaar een hogere kinderopvangtoeslag, waardoor zij minder geld kwijt zijn aan kinderopvang. Het kabinet investeert de komende jaren in totaal € 2,9 miljard in een hogere vergoeding voor kinderopvang als onderdeel van het nieuwe financieringsstelsel. Hiermee wordt toegewerkt naar eenvoudigere en beter betaalbare kinderopvang voor werkende ouders.
Voor de meeste huishoudens zullen de kosten van kinderopvang naar verwachting dalen, ook als de maximum uurprijs in 2026 gelijk blijft. Dit komt omdat zij de komende jaren een steeds groter deel van de kosten voor kinderopvang vergoed krijgen, in aanloop naar het nieuwe financieringsstelsel. In dit stelsel gaat voor iedereen een vergoeding gelden van 96% van de maximum uurprijs.