Commissie besluit BULGARIJE, SPANJE, HONGARIJE, NEDERLAND, OOSTENRIJK, PORTUGAL en FINLAND voor het Hof van Justitie van de Europese Unie te dagen wegens niet-omzetting van de richtlijn niet-renderende leningen
De Europese Commissie heeft vandaag besloten Bulgarije, Spanje, Hongarije, Nederland, Oostenrijk, Portugal en Finland voor het Hof van Justitie van de Europese Unie te dagen wegens niet-omzetting van de richtlijn niet-renderende leningen (Richtlijn (EU) 2021/2167). De richtlijn heeft tot doel de ontwikkeling van een goed functionerende secundaire markt voor niet-renderende leningen te bevorderen door regels vast te stellen voor de vergunningverlening aan en het toezicht op kredietkopers en kredietservicers. De richtlijn voorziet voorts in een reeks geharmoniseerde criteria die kredietservicers in staat stellen niet-renderende leningen grensoverschrijdend op de markt te brengen.
De lidstaten moesten deze richtlijn uiterlijk op 29 december 2023 hebben omgezet. Tot op heden hebben de meeste EU-lidstaten verklaard dat zij de richtlijn volledig hebben omgezet. Bulgarije, Spanje, Hongarije, Nederland, Oostenrijk, Portugal en Finland hebben de Commissie echter nog steeds niet in kennis gesteld van de volledige omzetting van de richtlijn in hun nationale wetgeving.
De Commissie heeft deze lidstaten op 24 januari 2024 aanmaningsbrieven en vervolgens op 25 juli 2024 met redenen omklede adviezen gestuurd. De Commissie is van mening dat de inspanningen van de nationale autoriteiten van deze lidstaten tot nu toe ontoereikend zijn, en daagt hen daarom voor het Hof van Justitie van de Europese Unie.
Door Bulgarije, Spanje, Hongarije, Nederland, Oostenrijk, Portugal en Finland voor het Hof van Justitie van de EU te dagen, zal de Commissie het Hof verzoeken financiële sancties op te leggen aan elk van deze lidstaten. Bij de vaststelling van elk bedrag is rekening gehouden met de ernst en de duur van de inbreuk, en met het afschrikkend effect in het licht van de draagkracht van die lidstaat.
Achtergrond
Richtlijn (EU) 2021/2167 hecht veel belang aan kredietnemers en bevat waarborgen ter versterking van de consumentenbescherming, zoals respijtmaatregelen en informatievereisten om het niveau van transparantie in de relatie met de kredietgever te vergroten.
De omzetting van de richtlijn is van cruciaal belang voor de eengemaakte markt, aangezien zij de grensoverschrijdende verkoop en servicing van niet-renderende leningen vergemakkelijkt en de liquiditeit en efficiëntie van de markt vergroot. De omzetting draagt ook bij tot het creëren van een gelijk speelveld voor kredietkopers en kredietservicers in de hele EU. Het belangrijkste is dat de aangescherpte maatregelen ter bescherming van de consument helpen om de rechten van kredietnemers te beschermen, het risico op financiële problemen te verminderen en een stabieler en betrouwbaarder financieel klimaat te bevorderen.
Meer informatie
Inbreukenpakket voor februari 2025: voornaamste beslissingen
Inbreukprocedure Bulgarije (INFR(2024)0013)
Inbreukprocedure Spanje (INFR(2024)0047)
Inbreukprocedure Hongarije (INFR(2024)0067)
Inbreukprocedure Nederland(INFR(2024)0103)
Inbreukprocedure Oostenrijk (INFR(2024)0000)
Inbreukprocedure Portugal (INFR(2024)0117)
Inbreukprocedure Finland (INFR(2024)0054)