Screening voor wetenschappers die met sensitieve kennis willen werken

Onderzoekers en masterstudenten die in Nederland met sensitieve kennis willen werken mogen dat straks pas doen nadat ze gescreend zijn door de overheid. Dat staat in het nieuwe wetsvoorstel screening kennisveiligheid, dat vandaag in internetconsultatie gaat. Het wetsvoorstel was aangekondigd in het regeerprogramma.

Minister Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) is indiener van het wetsvoorstel, mede namens minister Van Weel (Justitie en Veiligheid) en in overeenstemming met minister Beljaarts (Economische Zaken).


Bruins: “Kennis is macht, en dus moeten we onze kennis beschermen. Door heel gericht mensen te gaan screenen die toegang willen tot kennis die heel belangrijk is voor ons land, voorkomen we dat die kennis weglekt. Ik wil dat zorgvuldig doen, samen met kennisinstellingen. Alleen dan kunnen we echt een goede stap zetten voor onze veiligheid en tegelijkertijd het open en internationale karakter van onze wetenschap behouden. Dat is cruciaal.”
 

Gerichte screening om open karakter van wetenschap te behouden

In het nieuwe wetsvoorstel is vastgelegd bij welke kennis- en technologiegebieden de risico’s voor onze nationale veiligheid het grootst zijn. Denk aan AI, nucleair, kwantum, biotechnologie, microchips, maar ook andere technologie met een mogelijke militaire toepassing. De wet regelt dat universiteiten, hogescholen en andere onderzoeksinstellingen, zoals TNO, in hun organisatie kijken waar gewerkt wordt met die sensitieve kennis of technologie. Dat is maatwerk. Bij veel kennisinstellingen wordt niet gewerkt met zulke technologie, bij andere bij het ene project of laboratorium wel en bij het andere niet. Kennisinstellingen bepalen dat straks zelf, zodat er geen onnodige screening plaatsvindt. Internationale samenwerking tussen wetenschappers is cruciaal, daar moet volop ruimte voor blijven.

Zodra de wet van kracht is moet elke nieuwe onderzoeker of masterstudent, ongeacht afkomst, die aan de slag wil op een plek waar sensitieve kennis of technologie is, eerst door een screening komen. Zo’n screening is een soort risico-inschatting op maat. Het kabinet heeft screeningsautoriteit Justis gevraagd de screenings uit te gaan voeren. Justis doet hiervoor een uitvoeringstoets, waarin Justis onderzoekt of ze de nieuwe screening kan uitvoeren en wat daarvoor nodig is. Het kabinet hecht veel waarde aan de uitvoerbaarheid van de wet. Op basis van eerste schattingen zou het om zo’n achtduizend screenings per jaar gaan.

Screening is nodig

Universiteiten en kennisinstellingen treffen de laatste jaren veel maatregelen om hun kennis veilig te houden. Zo zijn ze voorzichtiger met bepaalde internationale samenwerkingen, en treffen meer veiligheidsmaatregelen. Het veiligheidsbewustzijn onder wetenschappers is sterk gestegen, dat helpt elke dag tegen het ongewenst weglekken van belangrijke kennis uit ons land. Maar wetenschappers kunnen het niet alleen. Net als landen om ons heen en elders in de wereld zet Nederland daarom een volgende stap: het screenen van wetenschappers. En dat is nodig. Minister Van Weel (Justitie en Veiligheid) is mede-indiener van het wetsvoorstel.


Van Weel: “We zien dat buitenlandse mogendheden in toenemende mate gericht op zoek zijn naar Nederlandse kennis en technologie. Zij willen onze technologische kennis gebruiken om hun wapens te verbeteren, of inzetten als strategisch machtsmiddel. En dat doen ze ook door onderzoekers en studenten hier naartoe te sturen, of hen hier onder druk te zetten om informatie over te dragen. Daarom is het nodig dat we eerst goed bekijken wie we in Nederland toegang geven tot de meest sensitieve kennis en technologie. Hiermee maken we onze kennisinstellingen weerbaarder voor dreigingen van buitenaf. Dat is belangrijk, zeker in deze onrustige tijd.”

Wet zo snel mogelijk van kracht

Vandaag gaat het wetsvoorstel in internetconsultatie. Dat betekent dat iedereen zijn mening kan geven, ook partijen die met de screening te maken gaan krijgen. Zo kan het wetsvoorstel verder verbeterd worden. Daarna gaat de wet voor advies naar de Raad van State en naar het parlement voor behandeling. Bedoeling is dat de wet zo snel mogelijk van kracht wordt, streven is medio 2027, mits uitvoerbaar.