Plan voor moderne verzorgingshuizen sluit aan op grote behoefte
Staatssecretaris Pouw-Verweij (VWS) werkt samen met het veld aan een plan voor de introductie van moderne verzorgingshuizen. Deze plekken moeten een oplossing bieden voor het gat dat nu bestaat tussen thuis en het verpleeghuis. Het gaat om zelfstandige woningen met zorg en ondersteuning nabij en gedeelde gemeenschappelijke ruimten. In opdracht van VWS heeft PwC onderzoek gedaan naar de behoefte aan deze verzorgingshuizen, hoeveel dit zou kosten en wat de gevolgen zouden zijn voor de arbeidsmarkt. Met de resultaten van dit onderzoek als basis worden het komende half jaar de details van de moderne verzorgingshuizen uitgewerkt.
PwC onderzoekt toont grote behoefte
PwC heeft onderzoek gedaan naar de groep voor wie het verzorgingshuis een uitkomst zou zijn en wat voor behoeftes er binnen die groep leven. Daaruit blijkt dat ruim 20.000 ouderen zouden willen verhuizen naar een modern verzorgingshuis, een plek met zorg en ondersteuning in de nabijheid en ruimte voor extra gezelschap en activiteiten. Daarbij geeft het merendeel de voorkeur aan een zelfstandig appartement boven een kamer met gedeelde voorzieningen. Het gaat om ouderen die wel een zorg- of ondersteuningsvraag hebben, maar nog geen Wlz-indicatie. Meestal zijn het alleenstaande ouderen zonder sociaal netwerk. Voor hen is het verpleeghuis nog niet aan de orde, maar neemt de afhankelijkheid van zorg toe en is de vraag hoe lang zij nog thuis kunnen blijven wonen. PwC heeft ook onderzoek gedaan naar de kosten. Hieruit blijkt dat de 470 miljoen die hier structureel voor beschikbaar is, voldoende is om de plannen uit te voeren.
Behoud van eigen regie, maar niet in de knel
Staatssecretaris Pouw-Verweij: “De ouderen van nu hechten veel waarde aan het behoud van eigen regie, privacy en zelfstandigheid. Maar wat ik vaker in de praktijk heb gehoord en gezien, en wat PwC nu ook met hun onderzoek bevestigt, is dat er een grote groep ouderen is die juist wel behoefte heeft aan een nieuw soort verzorgingshuis. Voor hen wordt thuis wonen steeds ingewikkelder, bijvoorbeeld door een toenemende zorgvraag, eenzaamheid of het ontbreken van een netwerk dat kan ondersteunen. In het verzorgingshuis worden ze nog steeds gestimuleerd om zoveel mogelijk zelf én samen te doen, maar is zorg en ondersteuning ook altijd in de buurt. Hiermee voorkomen we dat mensen die niet meer goed thuis kunnen wonen in de knel komen.”
Zorg op afroep en een levende gemeenschap
De moderne verzorgingshuizen moeten zorggeschikte woningen worden waarin ouderen beschut en veilig kunnen wonen. Er is een gezamenlijke ontmoetingsruimte en buitenruimte, en een centraal toegangspunt. Een vaste zorgaanbieder regelt de zorg en ondersteuning in het gebouw, die op afroep beschikbaar is. Als de zorgvraag toeneemt hoeven mensen daardoor niet nogmaals te verhuizen. Een belangrijk element voor het fijn wonen in een verzorgingshuis is de gemeenschap waarmee activiteiten worden georganiseerd, waar voldoende aanspraak is als je naar de ontmoetingsruimte gaat en waar gezamenlijk kan worden gekookt en gegeten. De buurt kan daar ook bij worden betrokken. Een levende gemeenschap zorgt er ook voor dat er een lagere zorg- en ondersteuningsvraag is, zeker als bewoners kunnen worden gestimuleerd hier ook een rol in te spelen.
Uitwerken van organisatie, personeel en bouw
Het komende half jaar worden de details uitgewerkt van het op termijn introduceren van de moderne verzorgingshuizen. De staatssecretaris kijkt bijvoorbeeld naar de organisatie van de zorg en de inzet van zorgpersoneel. Met het oog op de arbeidsmarkt wordt niet alleen gekeken naar zorgmedewerkers, maar ook naar de rol van welzijnswerkers. Samen met de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening wordt gekeken naar de bouw van zorggeschikte woningen verkend hoe dit binnen de bestaande opgave kan worden versneld. Daarnaast kijkt de staatssecretaris zorgvuldig naar hoe de toegang tot deze zorg en ondersteuning het beste kan worden geregeld en gefinancierd. Ten slotte wordt verkend op welke manier een levendige gemeenschap het beste kan worden gestimuleerd, zowel binnen de nieuwe verzorgingshuizen als in bredere zin in zorgzame buurten.