Permanent drone-testgebied boven Noordzee in zicht
Onmisbaar voor militair gebruik, maar ook zeer handig om medicijnen of organen tussen ziekenhuizen te vervoeren. Het betreft de mogelijkheden van drones. Die zijn ook in te zetten om dijken, bruggen en windmolens te controleren, hulp te bieden bij rampen en reddingsacties en pakketten te vervoeren naar afgelegen of lastig bereikbare gebieden. Staatssecretaris Gijs Tuinman zou al die mogelijkheden graag verwezenlijken en maakt zich daarom hard voor een permanent drone-testgebied boven de Noordzee.
Het gaat om een eerste testgebied. Om dit van de grond te krijgen tekende Tuinman een samenwerkingsovereenkomst. Dat gebeurde op het drone-testcentrum Unmanned Valley op het voormalige marinevliegkamp Valkenburg. Ook minister Robert Tieman van Infrastructuur en Waterstaat en gedeputeerde Meindert Stolk van Zuid-Holland plaatsten een handtekening.
Het speciale luchtruim komt voor de kust tussen Katwijk en de Rotterdamse haven. Vanaf Unmanned Valley stijgen de drones op en landen er weer. Het gebied wordt ingericht voor zogenoemde BVLOS-vluchten (Beyond Visual Line of Sight). Dat betekent dat drones buiten het zicht van de piloot mogen vliegen.
Met BVLOS kunnen drones langere afstanden afleggen en taken uitvoeren die nu vaak nog te gevaarlijk, tijdrovend of duur zijn. Met de technologie wordt de samenleving veiliger, duurzamer en efficiënter.
Leven en dood in Oekraïne
Tuinman benadrukte het belang van onbemenste systemen voor de krijgsmacht, maar ook voor Oekraïne.
“Drones zijn cruciaal geworden voor onze veiligheid. Maar nog zwaarder telt het belang ervan voor de Oekraïense militairen. Zij vechten op dit moment vanuit modderige loopgraven en onder anti-dronenetten voor onze vrijheid. Ze krijgen die nieuwe en betere drone misschien net een paar uur eerder. En daarmee maakt ieder stapje extra hier letterlijk het verschil tussen leven en dood daar.”
Defensie draagt niet alleen kennis bij, maar investeert ook eenmalig €100.000 in het testgebied.
Zuid-Holland als ideale plek
Zuid-Holland heeft een sterke lucht- en ruimtevaartsector, met veel bedrijven en kennisinstellingen die werken aan innovatieve technologie. Daarom is deze provincie aangewezen als de ideale plek voor dit project. Verschillende organisaties, zoals MovingDot, AirHub, To70 en het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR), helpen mee bij de ontwikkeling ervan.
Volgens gedeputeerde Stolk brengt dit project economie, innovatie en defensie bij elkaar. “Het versterkt onze positie als koploper in luchtvaarttechnologie en biedt nieuwe kansen voor werkgelegenheid en kennisontwikkeling.”
Naar verwachting starten de eerste testvluchten eind 2026. De opgedane ervaringen vormen de basis voor landelijke regels voor BVLOS-vluchten. Daarmee wordt Nederland een van de voorlopers in Europa op het gebied van drones.