Meer Nederlands op de werkvloer bij inburgering
Taal en werk zijn cruciaal voor de integratie van inburgeraars in Nederland. Wie in Nederland mag blijven, moet ook meedoen en aan het werk gaan. Daarom wil staatssecretaris Jurgen Nobel (Participatie en Integratie) belemmeringen wegnemen om taal én werk te combineren. De zelfredzaamheidsroute (Z-route) voor inburgeraars die geen of weinig scholing hebben gehad en/of analfabeet zijn, wordt daarom meer op werk gericht. Daarbij kan een deel van het taalonderwijs ingevuld worden op de werkvloer. Dat meldt de staatssecretaris in een brief aan de Tweede Kamer. Daar gaat hij ook in op handhaving, speciale aandacht voor de positie van vrouwelijke statushouders en holocausteducatie.
Staatssecretaris Nobel: “Taal en werk zijn cruciaal voor nieuwkomers. Daarom willen we dat dit beter gecombineerd kan gaan worden. Daarom maken we het mogelijk dat het leren van de taal in de praktijk kan gebeuren: op de werkvloer. Zo kunnen mensen sneller aan het werk en slaan we twee vliegen in één klap. Elke inburgeraar moet zich tot het uiterste inspannen om Nederlands te leren en aan het werk te gaan, zodat je ook echt mee kan doen in onze samenleving.”
In 2021 is de Wet inburgering gekomen met stevige eisen: in de Z-route moeten inburgeraars voldoen aan 800 uur taalonderwijs en 800 uur participatie-activiteiten. Het kabinet wil de intensiteit van de Z-route behouden en tegelijkertijd meer inzetten op het leren van taal op de werkvloer. Deze groep zal meer gebaat zijn bij Nederlands leren in de praktijk. Inburgeraars in de Z-route krijgen de mogelijkheid om 200 uur taalonderwijs in te vullen tijdens (betaald) werk, zoals een startbaan. Daarvoor past de staatssecretaris de regelgeving aan.
Boetes bij niet tijdig voldoen aan inburgeringsplicht
Bij een inburgeringsplicht hoort ook handhaving. Nobel: “Inburgering is niet vrijblijvend. Bij een inburgeringsplicht hoort ook een stok achter de deur als iemand aantoonbaar niet meewerkt om te integreren. Als je niet je best doet, moet dat consequenties hebben.”
Sinds de uitspraak van de Raad van State op 9 juli 2025 is uitvoeringsorganisatie DUO aanzienlijk beperkt om een boete te kunnen geven als een statushouder niet tijdig aan de inburgeringsplicht voldoet. De staatssecretaris kondigt daarom aan te gaan werken aan een wetswijziging zodat dergelijke boetes weer kunnen worden opgelegd. De gemeenten hebben daarnaast ook een bevoegdheid een inburgeraar een boete op te leggen bij verwijtbaar niet meewerken aan de inburgering. Deze bevoegdheid blijft bestaan.
Aandacht voor vrouwelijke statushouders
In het inburgeringsbeleid gaat ook speciale aandacht uit naar vrouwelijke statushouders. De staatssecretaris vindt het van belang dat gemeenten en inburgeringsconsulenten meer aandacht hebben voor de kwetsbare positie van met name vrouwen in financiële afhankelijkheid. Of vrouwen die het risico kunnen lopen op schadelijke praktijken zoals eergerelateerd geweld. Staatssecretaris Nobel: “In Nederland zijn man en vrouw gelijk. Het is van belang dat inburgeraars deze normen en waarden meekrijgen. Met de gemeenten wil ik afspraken maken hoe we vrouwelijke statushouders beter en gericht naar werk kunnen begeleiden.”
Holocausteducatie
Inburgeren betekent ook de geschiedenis en waarden van Nederland leren kennen. Het kabinet vindt het dan ook van belang dat inburgeraars kennis hebben van de Holocaust. Daarom wordt per volgend jaar een begin gemaakt aan het bezoeken van holocaustlocaties als onderdeel van de inburgering. Voor docenten inburgering wordt een handreiking opgesteld om hen te ondersteunen in het lesgeven over dit onderwerp. Het bezoeken van een instelling of museum in het kader van holocausteducatie, draagt bij aan meer kennis en bewustwording over deze zwarte bladzijde in de Nederlandse geschiedenis. De eerste bezoeken zullen in 2026 plaatsvinden in de vorm van een pilot.