Kabinet onderzoekt wettelijke bedenktijd bij consumentenkoop grond
Het kabinet onderzoekt de invoering van een wettelijke bedenktijd voor consumenten bij grondaankopen. Dit moet hen beter beschermen tegen dubieuze en speculatieve grondhandel. Naast een extra inzet op voorlichting, worden de mogelijkheden verkend van een ruimere informatie-uitwisseling tussen toezichthouders.
Dat schrijft minister Keijzer (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) mede namens de minister van Financiën en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid vandaag in een brief aan de Tweede Kamer.
Het splitsen van een perceel om losse kavels tegen betaling aan te bieden, is veelal legitiem en in de gebiedsontwikkeling een gangbare praktijk, bijvoorbeeld door gesplitste percelen aan toekomstige bewoners te verkopen. Grondhandel wordt dubieus als verkopers kopers onder druk zetten, informatie achterhouden of onterecht de suggestie wekken dat de grond snel meer waard wordt. Bijvoorbeeld omdat de functie verandert naar bouwgrond. Kopers kunnen hierdoor voor grote bedragen worden benadeeld.
Groter bewustzijn risico’s
De minister wijst erop dat onder de huidige wetgeving consumenten bij oneerlijke handelspraktijken de koopovereenkomst kunnen laten vernietigen en de schade verhalen. Ook lijkt er een groter bewustzijn van de risico’s te zijn. Uit nieuwe cijfers van het Kadaster blijkt dat het aantal transacties in beleggingspercelen blijft dalen; mogelijk door de aandacht van politiek en media voor speculatieve grondhandel. Verder lijken ook notarissen als onderdeel van hun zorgplicht nadrukkelijker de risico’s ter sprake te brengen.
Met het oog op eventuele toekomstige onwenselijke ontwikkelingen weegt de minister in haar brief voorstellen van een werkgroep en de motie Minhas/Boulakjar. De motie vraagt om een onderzoek naar een splitsingsverbod bij speculatieve handel met landbouwgrond. Het kabinet raadt dit af. Een splitsingsverbod is strijdig met het eigendomsrecht en belemmert juist de reguliere gebiedsontwikkeling waar ontwikkelaars percelen aan toekomstige bewoners verkopen.
Verkenning wettelijke bedenktijd
Datzelfde geldt voor een aantal voorstellen vanuit de projectgroep en het Kadaster die het risico met zich meebrengen dat de reguliere gebiedsontwikkeling wordt geremd en de regeldruk toeneemt. De maatregelen pakken dan ondoelmatig uit.
Het kabinet onderzoekt wel de wenselijkheid van de invoering van een wettelijke bedenktijd van drie dagen bij de consumentenkoop van grond. Dit beschermt hen tegen impulsaankopen. Particuliere kunnen dan net zoals bij een woningaankoop het geval is, de koopovereenkomst zonder gevolgen ongedaan maken.
Onderzoek informatie-uitwisseling
Verder bekijkt het kabinet of het nodig is de informatie-uitwisseling tussen toezichthouders (wettelijk) te verruimen. Daarbij is specifiek aandacht voor informatie vanuit het Bureau Financieel Toezicht (BFT) die als het om individuele gevallen gaat, gehouden is aan een geheimhoudingsplicht.
Het Rijk werkt met partners verder aan extra voorlichting om het bewustzijn voor de risico’s van speculatieve handel verder te vergroten.